Lezen, Luisteren & Kijken H.2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Nederlands

Lezen, Luisteren & Kijken H.2

Informatieve teksten

2.1 Informatieve teksten

Verschillende tekstsoorten

Tekstsoorten hebben hun eigen kenmerken en lay-out

Kritisch lezen: klopt het wel?

1. Bron
   
2. Tekstdoel
   
3. Datum
   
4. Belang schrijver
   

2.2 Instructieve teksten

Wat is geen kenmerk van een instructieve tekst?

1. Er wordt stapsgewijs uitgelegd hoe je iets moet doen
2. Een dwingende toon
3. Er staan altijd plaatjes bij de instructie
4. Signaalwoorden zorgen voor duidelijkheid

Infographic

• Informatieve illustraties met een combinatie van tekst en beeld
• Korte teksten zijn even belangrijk als de tekeningen
• Letten op (tussen)koppen, pijlen, kleurgebruik en cijfers

Hoeveel miljard wordt er uitgegeven aan defensie?

1. 17,4
2. 14,7
3. 8,8
4. 6,5

Is de overheidsschuld gedaald in 2023, gestegen of hetzelfde gebleven ten opzichte van 2021?

1. Gedaald
2. Gestegen
3. Hetzelfde gebleven

2.3 Beschouwing of Betoog

Doel: Na deze les

1. weet je het verschil tussen een beschouwing en een betoog

2. weet je hoe je een betoog opbouwt

3. weet je hoe je overtuigend kan presenteren

Wat is het verschil tussen een betoog en een beschouwing?

Doel

Doel van een beschouwing: opiniëren

(feiten, meningen en argumenten)

Doel van een betoog: overtuigen               

(feiten, mening, voorargumenten, weerlegging)

Hoe beoordeel je de tekst?

1. Doel van de tekst

2. De betrouwbaarheid van de maker  

3. De gebruikte bronnen en eventuele fouten in de redenering 

     (Drogredenaties)

Let goed op de tekst

https://www.youtube.com/watch?v=YMR5bS1b9gg

Zou je deze songtekst ook als een beschouwing  of betoog kunnen zien?

Lees de tekst op de volgende slide

Vraag:

Is dit een betoog of een beschouwing en waarom?

Betoog of een beschouwing?

Maken

Lezen/Luisteren/Kijken: 

2.3 Beschouwende en betogende teksten                      opdracht 1 t/m 4

Betoog opbouw: inleiding-kern-slot

Inleiding: - introductie onderwerp

                     - stelling

                     - mening (standpunt)

Betoog opbouw

Kern:  onderbouw je mening met  argumenten                 (Argument/Uitleg/voorBeeld)

* 2 argumenten vóór

* 1 argument tegen met weerlegging