Weten we het nog?
1 / 12
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welk woord staat in het enkelvoud?
A
kanariepietjes
B
dropveter
C
stoelen
D
chocolaatjes
Slide 2 - Quizvraag
Welk woord staat in het meervoud?
A
slinger
B
koptelefoon
C
koffiemok
D
stoelpoten
Slide 3 - Quizvraag
Noem een zelfstandig naamwoord
Slide 4 - Open vraag
Noem een bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Open vraag
Noem een voorzetsel (denk aan Finn en de kruk ;-)
Slide 6 - Open vraag
De juf fietst naar de stad.
zelfstandig naamwoord?
zelfstandig naamwoord?
A
de juf
B
fietst
C
de stad
D
naar
Slide 7 - Quizvraag
Pietje is naar de stad gelopen. Hulpwerkwoord?
A
gelopen
B
Pietje
C
de stad
D
is
Slide 8 - Quizvraag
Marietje is van de trap gevallen.
Voltooid deelwoord?
Voltooid deelwoord?
A
Marietje
B
is
C
gevallen
D
trap
Slide 9 - Quizvraag
De afstandsbediening is tussen de bank gevallen.
A
gevallen
B
de bank
C
tussen
D
is
Slide 10 - Quizvraag
De oude man ligt in bed.
bijvoeglijk naamwoord?
bijvoeglijk naamwoord?
A
oude
B
man
C
ligt
D
in
Slide 11 - Quizvraag
Benoem de woorden:
De juf valt op de grond
De juf valt op de grond
