H5 Ingrijpen in de natuur: deel 1

Hoofdstuk 5: Ingrijpen in de natuur
De ontwikkeling van de landbouw 
vanaf 8500 v.C.
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisSecundair onderwijs

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 200 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5: Ingrijpen in de natuur
De ontwikkeling van de landbouw 
vanaf 8500 v.C.

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 1: Hoe is de landbouw ontstaan en verspreid?

Slide 2 - Tekstslide

Lees de tekst  en bekijk de tijdlijn op p.6O (D1)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Veranderend klimaat
  • Einde laatste ijstijd: ca 13 000 v.C.: milder klimaat in groot deel van de wereld.
  • Nabije Oosten: klimaat warmer en vochtiger             uitgestrekte bergflanken met graan (voorlopers tarwe en gerst) 
  • = VRUCHTBARE HALVE MAAN

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Vruchtbare halve maan


  • Voedselverzamelaars-jagers hadden het hier gemakkelijker dan ooit.
  • Rondtrekken voor plantaardig voedsel was niet meer nodig: er was genoeg voedsel om voorraden op te slaan.
  • Het graan trok kuddes wilde schapen en geiten aan: voldoende vlees.
  • De mens werd sedentair in plaats van nomadisch: ze bleven op een vaste woonplaats.
  • Nederzettingen ontstonden: mensen gingen in hutten wonen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

LWB p.62

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 2A

Domesticatie =
A
ingrijpen in de natuur
B
leven van de natuur

Slide 12 - Quizvraag

Opdracht 2A

landbouw =
A
voedsel verzamelen
B
voedsel produceren

Slide 13 - Quizvraag

Opdracht 2A

akkerbouw =
A
zelf dieren selecteren om te fokken
B
zelf planten selecteren en telen

Slide 14 - Quizvraag

Opdracht 2A

veeteelt =
A
zelf dieren selecteren om te fokken
B
zelf planten selecteren en telen

Slide 15 - Quizvraag

Ontstaan van landbouw
  • Probleem: Het warme klimaat blijft niet aanhouden en er komen regelmatig koudere periodes.
  • Gevolg: De mensen hebben tijdens koudere periodes niet meer voldoende voedsel in de onmiddellijk nabijheid van hun woonplaats.
  • Oplossing: ingrijpen in de natuur: door sedentair te leven hebben de eigenschappen van planten kunnen ontdekken. 
  • De mensen gaan zelf voedsel produceren = aan landbouw doen. 
  • Planten zelf telen = akkerbouw





Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 2B
3 redenen waarom landbouw precies in de Vruchtbare Halve Maan kon ontstaan: 
  • Het klimaat werd er mild en vochtig.
  • Wilde graansoorten begonnen spontaan weelderig te groeien.
  • Kuddes wilde geiten en schapen werden aangetrokken door de plantengroei.

Slide 17 - Tekstslide

De mens gaat voor het eerst aan landbouw doen ca. 8500 v.C.
  • AKKERBOUW:
  • De mensen gaan de zaden van de meest geschikte planten selecteren en zaaien = DOMESTICATIE.
  • VEETEELT :
  • In plaats van te gaan jagen nemen ze dieren gevangen en gaan ze  de meest geschikte dieren selecteren om mee te fokken = DOMESTICATIE.
  • Door veeteelt: vlees maar ook wol en zuivelproducten.
  • Later gebruiken ze gedomesticeerde runderen, paarden en ezels ook als rij-, trek- of lastdier.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

In de Vruchtbare Halvemaan ontstond er voor het eerst landbouw. Los daarvan waren er ook andere gebieden in de wereld waar men aan landbouw begon te doen met gewassen die daar groeiden.

 

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide