Leefomgeving, alles in 1 les

Leefomgeving, 
alles in 1 les


Dat kan natuurlijk nooit :S
Maar we gaan het toch doen.
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leefomgeving, 
alles in 1 les


Dat kan natuurlijk nooit :S
Maar we gaan het toch doen.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier draait het om

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier draait het om

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier draait het om

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Debiet & Regiem.
Welke uitspraak is niet waar.
A
Debiet = hoeveelheid water die een rivier verwerkt.(m3 per seconde).
B
Regiem = schommelingen in de waterafvoer.
C
Variatie in debiet door: afstroming, infiltratie, evapotransporatie, neerslag, overstroming, kwel
D
Regenrivieren hebben een gelijkmatiger afvoer dan gemengde rivieren.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de bron zie je het debiet in een jaar, dit noemen we regiem.
Wat is juist?
A
Het regiem van de Rijn is gelijkmatiger dan van de Maas
B
In de Maas zit meer water dan in de Rijn
C
In de Rijn is het regiem ongelijkmatiger dan van de Maas
D
In januari zit het minste water in de Rijn

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verstening zorgt ervoor dat de vertragingstijd ..... en de piekafvoer ... is
A
toeneemt, lager
B
afneemt, lager
C
toeneemt, hoger
D
afneemt, hoger

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heten de gemarkeerde gedeelten?
A
stroomgebieden
B
stroomstelsels
C
Benedenloop
D
waterscheidingen

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verhang en verval van stukje A-B?
A
Verval 1000m Verhang 4m / km
B
Verval 2000m Verhang 8m / km
C
Verval 4 m / km Verhang 1000m
D
Verval 8m / km Verhang 2000m

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het verval in de bovenloop is .... en in de benedenloop ....
A
klein, groot
B
groot, gemiddeld,
C
klein, gemiddeld
D
groot, klein

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Sedimentatie
Erosie en sedimentatie
Erosie

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

uiterwaard
binnendijks gebied
winterdijk
zomerbed
Buitendijks gebied

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gemende rivier
Smeltwaterrivier
Regenrivier
Hoogste debiet in de lente/zomer
Onregelmatig regiem
Regelmatig regiem, laagste debiet in zomer.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de maatregelen in het kader van 'Ruimte voor de Rivier' naar de juiste afbeelding:
Dijkverlegging
Uiterwaardvergraving
Zomerbedverdieping
Kribverlaging
Aanleggen nevengeul
Waterberging

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koppel de maatregelen (foto's) met het juiste onderdeel uit de drietrapsstrategie.
VASTHOUDEN
BERGEN
AFVOEREN

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door klimaatverandering wordt het neerslagregiem in Nederland:
A
regelmatiger
B
groter
C
kleiner
D
onregelmatiger

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De deltawerken gaan dicht als
A
Er teveel neerslag is geweest (hoog debiet)
B
Er droogte is (laag debiet)
C
Er storm en hoog water op zee is
D
Als de waterstand in het IJsselmeer te laag is

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Slide 18 - Open vraag

Een juiste uitleg is:
• Door klimaatverandering wordt de kans op (extreme) droogte groter / neemt de neerslagintensiteit toe (oorzaak) 1
• waardoor de schommelingen tussen laagwater en piekafvoer groter worden (verklaring) 1
• Er is een onregelmatiger regiem van de Rijn (gevolg) 0

Slide 19 - Open vraag

• Juiste vormen van rivierbedverruiming zijn: 1
- verdieping van de stroomgeul
- dijkverlegging
- nevengeulen aanleggen

Juiste redenen zijn: 1
- Aan de noordkant is (in tegenstelling tot de zuidkant) ruimte voor uiterwaardvergraving. / Aan de zuidkant ligt Millingen.
- Aan de noordkant ligt nog een oude stroomgeul / liggen relatief laaggelegen gebieden.
- Ten zuiden van de Rijn bij de Rijnwaardense uiterwaarden ligt
Duitsland (en daar kunnen vanuit Nederlandse instanties geen
maatregelen getroffen worden).

Slide 20 - Open vraag

• Een juist antwoord is: bij hoogwater moet het water zo snel mogelijk worden afgevoerd 1
• Juiste antwoorden zijn: 1
- Om de toestroom van water naar de IJssel / het IJsselmeer te
waarborgen.
- Om het waterpeil in de Neder-Rijn en de Lek te waarborgen (voor de scheepvaart). 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij elke periode in de geschiedenis hoort een bepaald overheersend
verstedelijkingspatroon met bijbehorende kenmerken.
Zet bij elk jaartal de twee bijbehorende begrippen.

1900
1970
2000
Re-urbanisatie
suburbanisatie
urbanisatie
industrialisatie
forensisme
herinrichting

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer je nieuwe wijken bouwt aan de rand van de stad is het
A
Inbreiding
B
Renovatie
C
Gentrificatie
D
Uitbreiding

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is gentrificatie?
A
Het opwaarderen van een woonwijk waardoor rijkere mensen in de wijk komen wonen
B
het verslechteren van een wijk, waardoor er meer kansarmen komen wonen.
C
Het opwaarderen van een wijk buiten de steden.
D
Door suburbanisatie komen er meer rijke mensen wonen in de stad.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Arbeiderswijk
Vooroorlogse wijk
Naoorlogse wijk
Vinex wijk
Historische binnenstad
Vinex-wijk

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Woningkenmerken
Bewonerskenmerken
Huur/koop
Appartement/ Eengezinswoning
Bouwperiode
Staat van onderhoud
Huishoudensamenstelling
Etniciteit
Leeftijd
Gezinsfase
Inkomen

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verzin nu zelf buurtkenmerken

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gaat het in deze figuren om Subjectieve of Objectieve sociale veiligheid?
A
Objectieve sociale veiligheid
B
Subjectieve sociale veiligheid

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stedelijke vernieuwing
Gentrificatie
Renovatie
Het opknappen van een hele buurt
Rijke mensen knappen huizen op in goedkope buurten vlakbij het centrum
Sloop en nieuwbouw
Het opknappen van een bestaande woning
Het verwijderen van oude gebouwen en nieuwe gebouwen maken

Slide 31 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

1870-1960
1960-1990
1990-nu
Urbanisatie
Suburbansatie
Re-urbanisatie
Creatieve stad
Segregatie
Stedelijke vernieuwing
Herstructurering
Afname leefbaarheid
Fabrieken

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies


Klik op de afbeelding om in te zoomen.
Over de winkels van de Albert Heijn worden drie uitspraken gedaan.
Uitspraak 1: de Albert Heijn-supermarkt voor de dagelijkse boodschappen heeft een kleinere reikwijdte dan de Albert Heijn XLsupermarkt.
Uitspraak 2: de Albert Heijn-supermarkt voor de dagelijkse boodschappen
heeft een lagere drempelwaarde dan de Albert Heijn XLsupermarkt.
Uitspraak 3: het verzorgingsgebied van de Albert Heijn-supermarkt is
groter dan die van de Albert Heijn XL-supermarkt.
A
Uitspraak 1 en 2 zijn juist
B
Uitspraak 2 en 3 zijn juist
C
Uitspraak 1 en 3 zijn juist
D
Alle uitspraken zijn juist

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leefomgeving, vaak vraag 7 en 8 op het examen
A
Water komt goed
B
Wonen komt goed
C
Water en wonen komen beiden goed
D
Water en wonen komen beiden niet goed

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik de bronnen 18 en 19.
Aan het einde van de jaren 90 werden in het centrum van Sittard schoolgebouwen en een ziekenhuis gesloopt en aan de rand van de stad herbouwd.

2p --> Geef twee redenen waarom deze gebouwen niet op de oorspronkelijke
locatie in het centrum herbouwd werden. z

Slide 36 - Open vraag

maximumscore 2
Juiste redenen zijn:
 In de historische binnenstad was onvoldoende ruimte om uit te breiden.
 De bereikbaarheid van het centrum van de stad was achteruit gegaan.
 De grondprijs in stadscentra is doorgaans hoog.
per juiste reden 1
Gebruik de bronnen 18 en 19.
Na de sloop van het ziekenhuis werd op het vrijgekomen terrein een
stadspark aangelegd. In veel andere steden in Nederland worden op
dergelijke locaties appartementen gebouwd.

2p --> Beredeneer waarom op dergelijke locaties in veel steden appartementen
gebouwd worden, maar in Sittard niet.

Slide 37 - Open vraag

29 maximumscore 2
Uit de redenering moet blijken dat
• de nabijheid van de (historische) binnenstad / het centrum / een station
in veel steden een aantrekkelijke locatie voor woningbouw is 1
• maar dat in Sittard, dat in een krimpgebied ligt / in een gebied ligt met
afnemende bevolkingsaantallen, minder vraag is naar de uitbreiding
van het aantal woningen 1 
Gebruik de bronnen 20 en 21.
Door de sloop rondom de historische binnenstad ontstond ruimte voor
nieuwbouwprojecten. In het plan Zitterd Revisited is vooral gekozen voor
de bouw van luxe appartementen.
2p --> Geef
 met twee bewonerskenmerken aan voor welke doelgroep deze luxe
appartementen gebouwd zijn;
 een reden waarom juist voor deze doelgroep gebouwd is.

Slide 38 - Open vraag

30 maximumscore 2
• Uit het antwoord moet een doelgroep blijken met twee van
onderstaande bewonerskenmerken: 1
 Het inkomen van de doelgroep zal (relatief) hoog zijn.
 De huishoudensgrootte zal klein zijn (alleenstaand / koppels).
 De doelgroep zal voornamelijk bestaan uit 60-plussers / ouderen.
Opmerking
Het scorepunt alleen toekennen bij twee juiste bewonerskenmerken.
• Juiste redenen zijn: 1
 Deze doelgroep heeft tijd / geld om in de binnenstad te spenderen /
om het voorzieningenniveau (van de binnenstad) op peil te houden.
 Deze doelgroep levert de gemeente meer (belasting)inkomsten op. 
Gebruik de bronnen 20 en 21.
Bij het project Zitterd Revisited zijn keuzes gemaakt die moesten
bijdragen aan het verbeteren van de leefbaarheid in en rondom de
historische binnenstad van Sittard.
2p --> Beargumenteer twee keuzes die bij het project Zitterd Revisited gemaakt
zijn om de leefbaarheid in en rondom de historische binnenstad van
Sittard te verbeteren.

Slide 39 - Open vraag

maximumscore 2
Juiste antwoorden zijn:
 Bij Schootsvelden is gekozen voor hoogbouw, zodat veel ruimte
overblijft voor openbaar groen / parken.
 In Ligne is gekozen om verschillende (culturele) functies in een
gebouw te combineren om (onder andere) studenten naar (het centrum
van) de stad trekken.
 Met de aanleg van een ondergrondse parkeergarage wordt een open /
groene / overzichtelijke leefomgeving gecreëerd.
per juist antwoord 1