H3: Bedrijfscultuur - 3.2 Wie is de baas?

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Welke drie 'soorten' docenten kun je bedenken? Omschrijf deze.

Slide 4 - Woordweb

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Leg met een voorbeeld uit wat het verschil tussen formele- en informele verhoudingen?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Welke stijl van leidinggeven is volgens jou het meest geschikt voor de brandweer? Leg uit.

Slide 11 - Open vraag

De democratische en raadplegende stijl van leidinggeven lijken op elkaar. Maar wat is een belangrijk verschil tussen beide?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Tekstslide

Waarom gaat medezeggenschap verder dan inspraak?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Sleep de woorden naar de juiste plaats in de piramide!
Lichamelijke behoeften
Zelfontwikkeling
Zekerheid
Waardering
Sociale contacten

Slide 16 - Sleepvraag

Verbod met gevaarlijke stoffen werken, regels arico en roken
Niet te lang eentonig werk doen, bescherming tegen aggresie, geweld en (seksuele) intimidatie. 
Veilige machines, bescherm kleding, vluchtroutes.
Veiligheid 
Gezondheid
Welzijn

Slide 17 - Sleepvraag

Herhaling: Zoek de zinsdelen bij elkaar (sleep van links naar rechts)
naar het College voor de rechten van de Mens gaan.
lager zijn dan het minimumloon of het minimumjeugdloon.
staan de rechten en plichten van jou en je baas.
de afspraken die gelden als je ergens werkt.
die geldt voor alle werknemers binnen dezelfde bedrijfstak.
'schoon' in handen krijgt.
Arbeidsvoorwaarden zijn
In je individuele arbeidsovereenkomst
Nettoloon is het geld dat je
Je loon mag niet
Bij discriminatie kan je
Een CAO is een arbeidsovereenkomst

Slide 18 - Sleepvraag

                 Koppel begrippen aan de uitleg
Autoritaire stijl
Democratische stijl
Raadplegende stijl
Geeft zijn personeel inspraak. Hij luistert naar de meningen van zijn personeel, maar beslist uiteindelijk zelf.
Geeft opdrachten en verwacht gehoorzaamheid. Weinig inspraak.

De baas neemt beslissingen met zijn werknemers.

Slide 19 - Sleepvraag

Waar gaan de verschillende  invalshoeken over?

Politiek-juridische invalshoek
`Sociaal-economische invalshoek
`Sociaal-culturele invalshoek
Veranderings- en vergelijkende invalshoek
Alles dat te maken heeft met wetten en regels. 
Heeft te maken met geld en hoe dit verdeeld wordt.
Welke cultuur, waarden, normen en meningen er zijn.
Meningen en veranderingen van heden/verleden.

Slide 20 - Sleepvraag


Leg in je eigen woorden wat werkoverleg, personeelsvergadering en ondernemingsraad

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide