Th 4 voeding en vertering b2 + b3

Thema 4
Voeding en vertering
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 4
Voeding en vertering

Slide 1 - Tekstslide

B2: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
Th4: Voeding en vertering

Slide 2 - Tekstslide

Doelstelling
  • Ik kan uitleggen wat de indicator is voor zetmeel en voor glucose​
  • Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen een voedingsmiddel en een voedingsstof​
  • Ik kan uitleggen welke 6 voedingsstoffen er zijn​
  • Ik kan uitleggen waar we deze voedingsstoffen voor gebruiken 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een voedingsmiddel en een voedingsstof?

Slide 4 - Woordweb

Voedingsmiddelen en voedingsstoffen
  • Voedingsmiddelen: alle producten die je eet of drinkt
  • Voedingsstoffen: de stoffen in voedingsmiddelen die het lichaam opneemt

Slide 5 - Tekstslide

Voedingsstoffen
  • Bouwstoffen: nodig voor de vorming van cellen enweefsels
  • Brandstoffen: Leveren energie voor beweging, het op peil houden van de lichaamstemperatuur, groei, ontwikkeling en herstel
  • Reservestoffen: stoffen die zijn opgeslagen in het lichaam
  • Beschermende stoffen: stoffen die ervoor zorgen dat je niet ziek wordt.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Voedingsvezel
Belangrijk voor de darmperistaltiek
Krijg je te weinig vezels binnen dan kun je moeilijker poepen (kans op aambeien!!)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

B3: Voeding en leefstijl
Th5: Voeding en vertering

Slide 11 - Tekstslide

Doelstelling
  • Ik kan in eigen woorden vertellen uit welke 5 vakken de schijf van 5 bestaat. 
  • Ook kan ik per vak 2 voedingsmiddelen noemen die in dit vak thuis horen.​
  • Ik kan in eigen woorden uitleggen wat grondstofwisseling is.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
Pak je boeken er bij.
Lees basisstoffen 2 en 3 door
We maken samen 16  & 24
Maak opdracht 16, 18, 23, 24, 27

Lees basisstof 4 door.

Slide 14 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Eiwitten
  • Bouwstoffen en Brandstoffen
  • Eiwitten kunnen niet als reservestof dienen, heb je teveel dan plas je dat uit in de vorm van ureum!
  • Kwark bevat veel eiwit

Slide 15 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Koolhydraten
  • Brandstof, bouwstof, reservestof
  • vb.: glucose, suikers, zetmeel
  • Deel van de koolhydraten wordt omgezet in glycogeen (opslag in lever en spieren)
  • Een teveel aan opgenomen koolhydraten wordt omgezet in  vet en opgelsagen

Slide 16 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Vetten
  • Bouwstoffen, Brandstoffen en reserve stoffen
  • Een teveel wordt opgeslagen
  • Een teveel aan verzadigde vetten kan leiden tot hart- en vaat ziekten

Slide 17 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Water
  • Bouwstoffen
  • Belangrijk bij vervoer van stoffen in het lichaam

Slide 18 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Mineralen
  • Bouwstoffen en beschermende stof
  • vb: calcium (beenderen), ijzer (hemoglobine in het bloed)

Slide 19 - Tekstslide

Functies voedingsstoffen
Vitamines
  • Bouwstoffen en beschermende stoffen
  • Worden aangegeven met een letter (vit A, vit B, enz)

Slide 20 - Tekstslide