In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
Verbranding en ademhaling
Paragraaf 4
2havovwo + 2vwo
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Huiswerkcontrole
Doelen vorige les met herhalingsvragen
Doelen deze les
Uitleg 1e gedeelte basisstof 4
Zelfstandig werken + huiswerk nakijken
Uitleg 2e gedeelte basisstof 4
Zelfstandig werken
Slide 2 - Tekstslide
Huiswerkcontrole
Slide 3 - Tekstslide
Doelen vorige les
Je moet de verbranding in het lichaam kunnen beschrijven
Je moet het verschil in verbranding bij koudbloedige en bij warmbloedige dieren kunnen beschrijven
Slide 4 - Tekstslide
Wat is de brandstof voor de verbranding in de cellen in het lichaam?
Slide 5 - Open vraag
Welke stof ontstaat niet bij de verbranding in de cellen in het lichaam?
A
Koolstofdioxide
B
Zuurstof
C
Water
Slide 6 - Quizvraag
In 4 verschillende afgesloten bakken bevinden zich:
Bak 1: hamster, temperatuur is 3 graden Bak 2: hamster, temperatuur is 22 graden Bak 3: salamander, temperatuur is 3 graden Bak 4: salamander, temperatuur is 22 graden Welk dier is koudbloedig?
A
Hamster
B
Salamander
Slide 7 - Quizvraag
In 4 verschillende afgesloten bakken bevinden zich:
Bak 1: hamster, temperatuur is 3 graden Bak 2: hamster, temperatuur is 22 graden Bak 3: salamander, temperatuur is 3 graden Bak 4: salamander, temperatuur is 22 graden Welk dier heeft de hoogste lichaamstemperatuur?
A
De hamster in bak 2
B
De salamander in bak 4
Slide 8 - Quizvraag
In 4 verschillende afgesloten bakken bevinden zich:
Bak 1: hamster, temperatuur is 3 graden Bak 2: hamster, temperatuur is 22 graden Bak 3: salamander, temperatuur is 3 graden Bak 4: salamander, temperatuur is 22 graden Bij welke salamander vindt de meeste verbranding plaats?
A
De salamander in bak 3
B
De salamander in bak 4
Slide 9 - Quizvraag
In 4 verschillende afgesloten bakken bevinden zich:
Bak 1: hamster, temperatuur is 3 graden Bak 2: hamster, temperatuur is 22 graden Bak 3: salamander, temperatuur is 3 graden Bak 4: salamander, temperatuur is 22 graden Bij welke hamster vindt de meeste verbranding plaats?
A
De hamster in bak 1
B
De hamster in bak 2
Slide 10 - Quizvraag
In 4 verschillende afgesloten bakken bevinden zich:
Bak 1: hamster, temperatuur is 3 graden Bak 2: hamster, temperatuur is 22 graden Bak 3: salamander, temperatuur is 3 graden Bak 4: salamander, temperatuur is 22 graden In welke bak wordt de meeste zuurstof verbruikt?
A
In bak 1: hamster
B
In bak 2: hamster
C
In bak 3: salamander
D
In bak 4: salamander
Slide 11 - Quizvraag
Doel deze les
Je moet de delen van het ademhalingsstelsel kunnen noemen met hun kenmerken en functie
Slide 12 - Tekstslide
Ademhaling mens
Slide 13 - Tekstslide
Het is beter en gezonder om door je neus te ademen, omdat:
De lucht wordt verwarmd
Er wordt slijm geproduceerd (hier blijven ziekteverwekkers en stofdeeltjes aan plakken)
Trilharen voeren het slijm af naar de keelholte
Met het reukzintuig kunnen schadelijke gassen worden geroken
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
Zelfstandig werken
Kijk paragraaf 3 (hv) of paragraaf 4 (vwo) na in Learnbeat
havovwo: Maak de opdracht 1 t/m 4 van paragraaf 4
vwo:maak opdracht 1 t/m 4 van paragraaf 4
Klaar? Lees het 2e gedeelte van paragraaf 4 door in je boek
timer
10:00
Slide 16 - Tekstslide
Difussie
Stoffen verplaatsen zich van een plek waar er veel van de stof is naar een plek waar er weinig van die stof is
Slide 17 - Tekstslide
Bloedsomloop
Bloed naar de longen toe heeft weinig zuurstof en veel koolstofdioxide
Bloed dat bij de longen weggaat heeft veel zuurstof en weinig koolstofdioxide
Slide 18 - Tekstslide
Ademhaling
Ingeademde lucht bevat veel zuurstof en weinig koolstofdioxide
Uitgeademde lucht bevat weinig zuurstof en veel koolstofdioxide
Slide 19 - Tekstslide
Bouw van de longblaasjes
Slide 20 - Tekstslide
Gaswisseling tussen gassen in bloed en lucht in longen (wisseling zuurstof en koolstofdioxide)
Slide 21 - Tekstslide
Zelfstandig werken
Maak alle opdrachten van paragraaf 4 in Learnbeat (dit is ook het huiswerk voor volgende week)