In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Coordinerende taken
Slide 1 - Tekstslide
Examencriteria doornemen
PBGZ: P3-K1-W7 PBSD : P6-K1-W5
Opdracht: voer coördinerende taken uit
Resultaat: je hebt de dienstverlening zodanig georganiseerd dat de kwaliteit, continuïteit en eenduidigheid bij collega's in de zorg zoveel mogelijk gewaarborgd zijn.
Beoordelingsvorm: gedragsobservatie
Bewijsstukken: volledig ingevuld en ondertekend beoordelingsformulieren (stagebegeleider)
Slide 2 - Tekstslide
Coördinerende taken? Wat doe jij?
Slide 3 - Open vraag
Wat is coördineren?
Slide 4 - Woordweb
Wat is coördineren?
Coördineren is het op elkaar afstemmen van de verschillende vormen van zorg rond de zorgvrager.
Hiervoor is overleg nodig met de eigen en andere disciplines. De coördinatie is ook gericht op het bewaken van de continuïteit van de zorg & welzijn.
Rapportage en overdracht zijn hiervoor belangrijke vereisten.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Coördinerende functie
Om als persoonlijk begeleider coördinerende taken op je te kunnen nemen heb je specifieke vaardigheden nodig.
Slide 8 - Tekstslide
Welke vaardigheden heb je nodig als PBSD?
Slide 9 - Woordweb
Uitstekende schriftelijke en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid
Kennis van de sociale kaart
Initiatief en verantwoordelijkheid nemen
Rustig blijven
Slide 10 - Tekstslide
Wat is een sociale kaart?
A
Een kaart waarop staat hoe je sociaal moet zijn
B
Een kaart die je stuurt om mensen te steunen
C
een kaart met gegevens van instellingen uit de buurt
Slide 11 - Quizvraag
Sociale kaart
Kennis van de sociale kaart is belangrijk voor een goede coördinatie van zorg en ondersteuning.
Slide 12 - Tekstslide
Met welke betrokkenen (bij de zorg en ondersteuning van een cliënt) kun je te maken hebben in een woonvoorziening?
Slide 13 - Woordweb
Opdracht sociale kaart
Opdracht 1: Maak een interne sociale kaart van jouw instelling of BPV-plaats
Opdracht 2: Maak een analyse van de wijk en/of omgeving waar de instelling, school of stichting is gevestigd.
Opdracht 3: Maak een externe sociale kaart en breng de diverse hulpverlening in beeld. Beschrijf er minimaal 3.
(voor verdere uitleg zie document en Teams)
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
coördinerende taken: Bedenk een voorbeeld
Slide 16 - Woordweb
Afstemmen van de zorg en ondersteuning
Multidisciplinaire samenwerking
Zorgt voor betere kwaliteit van de zorg
Regelmatig overleg is noodzakelijk
Met andere disciplines
Slide 17 - Tekstslide
Voor welke cliënten geldt dat een zorgorganisatie verplicht is de ouders of wettelijk vertegenwoordigers te betrekken bij het vaststellen van het ondersteuningsplan
A
Alle cliënten met een lichamelijke beperking
B
Minderjarige cliënten
C
Cliënten die permanent in een instelling wonen
D
Cliënten die vallen onder de wet BOPZ
Slide 18 - Quizvraag
Coördinatie van zorg en ondersteuning
Één persoon verantwoordelijk.
Betrokkenen:
ouders en/of wettelijk vertegenwoordigers;
medewerkers: begeleiders, verzorgenden of verpleegkundigen;
de persoonlijk begeleider/mentor/evv-er van de cliënt;
een (ped)agoog of psycholoog;
eventueel een arts, maatschappelijk werker, fysiotherapeut, logopedist, bewegingsagoog;
begeleiders van andere zorgorganisaties;
eventueel een begeleider van werk of dagbesteding.
In een intramurale of semimurale setting
Slide 19 - Tekstslide
Opdracht sociale kaart
Opdracht 1: Maak een interne sociale kaart van jouw instelling of BPV-plaats
Opdracht 2: Maak een analyse van de wijk en/of omgeving waar de instelling, school of stichting is gevestigd.
Opdracht 3: Maak een externe sociale kaart en breng de diverse hulpverlening in beeld. Beschrijf er minimaal 3.