les 8 praten over proza nakijken, daarna werkwoordspelling



4h, welkom 
bij Nederlands!

HW nakijken
Oefenen werk-
woordspelling
Je hebt deze les nodig:
- je lesboek
- pen en papier
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les



4h, welkom 
bij Nederlands!

HW nakijken
Oefenen werk-
woordspelling
Je hebt deze les nodig:
- je lesboek
- pen en papier

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:
  • Opdracht 2 en 3 nakijken (praten over proza)
  • Toets opgeven (volgende week vrijdag)
  • Online verder oefenen
  • Kahoot?
  • Maandag je leesboek mee / titel in bestand in teams zetten
    (Nederlandse/Vlaamse schrijver, voldoende niveau (zie boekenlijst in teams))

Slide 2 - Tekstslide

opdracht 2

  1. De cursieve tekst maakt hetzelfde duidelijk als de rest van tekst 2, namelijk dat de ik-persoon zich afvraagt hoe hij in deze situatie is terechtgekomen en constateert dat ze hier niet bij horen. (In tekst 2 staat: ‘Wij zijn hier duidelijk nieuw, wij zijn de toeristen van de wachtkamer, wij horen er niet bij.’)

Slide 3 - Tekstslide

opdracht 2
  • 2. Carmen huilt en is (waarschijnlijk) bezorgd / verdrietig.
    De ik-persoon vindt zichzelf zielig.
  • 3. De ik-persoon is egoïstisch; hij is meer met zichzelf bezig dan met Carmen
  • 4. eigen antwoord (Niet goed of fout, maar licht het wel toe!)

Slide 4 - Tekstslide

opdracht 3 vraag 1

  1. Ze gaan gewoon eten terwijl de heks in de kamer staat / eten verder nadat de heks op Max af is komen lopen.
  2. Ze willen een geintje met Max uithalen.
  3. Jolanda is ontspannen genoeg om in aanwezigheid van de heks in te dommelen.


Slide 5 - Tekstslide

opdracht 3 vraag 2

  1. Ze raken uit hun comfort zone (tekst 3);
  2. ‘Van Stefans goede humeur is geen spaander meer heel.’ (tekst 3);
  3. Stefan is streng tegen Timo over het wissen van de opnamen (tekst 3);
  4. Stefan wil de heks niet aankijken (tekst 4);
  5. Stefan ‘wist dat het een zaak van leven of dood was’ (tekst 4) dat hij niet zou horen wat de heks fluisterde;
  6. Stefan knielt ‘met bonzend hart’ bij de heks en is bezweet (tekst 4).







Slide 6 - Tekstslide

opdracht 3 vraag 3

  1. Het woord ‘thriller’ duidt erop dat je te maken hebt met
    genreliteratuur.
  2. ‘Slapeloze nachten gegarandeerd’ is ook eerder een aanduiding die past bij lectuur dan bij literatuur. 
  3. Aan de andere kant doen de woorden ‘volstrekt origineel’ vermoeden dat het boek verrassend is en dat is wel een kenmerk van literatuur.







Slide 7 - Tekstslide

opdracht 3 vraag 3

  1. Het woord ‘thriller’ duidt erop dat je te maken hebt met
    genreliteratuur.
  2. ‘Slapeloze nachten gegarandeerd’ is ook eerder een aanduiding die past bij lectuur dan bij literatuur. 
  3. Aan de andere kant doen de woorden ‘volstrekt origineel’ vermoeden dat het boek verrassend is en dat is wel een kenmerk van literatuur.







literatuur
- originaliteit
- onvoorspelbaarheid
- stijl
- diepere laag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Toets spelling 
  • Over een week (20 september 2024)
  • In som staan toelichting en tips (bij de toets)
  • De theorie staat alleen online!
  • Maandag doen we een oefentoets

Slide 10 - Tekstslide

Verder oefenen
Let goed op als je een foutje maakt
Wat had je moeten doen om wel bij het goede antwoord uit te komen?

Maak online planning 5

Slide 11 - Tekstslide