De kolonie Nederlands-Indië

Introductie
Leren voor de toets:
5.2, 5.4, 6.1, 6.3 en 6.4

Dus toets met twee hoofdstukken.

We beginnen vandaag met:
de kolonie Indonesië Hfst 3.4
      Pak je laptop, log in op www.lessonup.app
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Introductie
Leren voor de toets:
5.2, 5.4, 6.1, 6.3 en 6.4

Dus toets met twee hoofdstukken.

We beginnen vandaag met:
de kolonie Indonesië Hfst 3.4
      Pak je laptop, log in op www.lessonup.app

Slide 1 - Tekstslide


Indonesië
Het landschap, de mensen, geloof en andere kenmerken. 
Hoe ging Nederland om met de kolonie Nederlands-Indië? 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video


De ligging van Indonesië is..

A
Onder de evenaar
B
Op de evenaar

Slide 4 - Quizvraag



Hoeveel eilanden heeft Indonesië?
A
Meer dan 19 duizend
B
Meer dan 17 duizend

Slide 5 - Quizvraag


Het grootste eiland is..
A
Java
B
Borneo
C
Lombok

Slide 6 - Quizvraag


Het klimaat is
A
Gematigd klimaat
B
Tropisch regenwoud klimaat
C
Mediterraan klimaat

Slide 7 - Quizvraag


Waar staat de
Bromo-vulkaan?
A
Bali
B
Java
C
Nusa Penida

Slide 8 - Quizvraag


Wat voor godsdiensten heb je er?
A
Islam
B
Christendom
C
Boeddhisten
D
Geen van allen

Slide 9 - Quizvraag


Welke godsdienst is
het belangrijkst?
A
Islam
B
Christendom
C
Boeddhisten
D
Geen van allen

Slide 10 - Quizvraag

Kolonialisme:
16e - 19e eeuw

Handelen met Afrika en Azië  voor grondstoffen.

De gebieden werden overgenomen om er aan geld aan te verdienen. 

Imperialisme:
vanaf 19e eeuw

Uitbreiden van Europees gebied in Azië en Afrika.

Grondstoffen komen in het bezit van het rijk. Economische redenen.

Slide 11 - Tekstslide

Nieuwe afzetmarkt
  1. Koloniën leveren grondstoffen.
  2. Dit wordt meegenomen naar huis en verwerkt tot een product. 
  3. De producten worden  verkocht aan de koloniën.

Slide 12 - Tekstslide

Redenen voor Imperialisme
  1. Winstgevend, nieuwe afzetmarkt en goedkopere grondstoffen.
  2. Status: hoe meer gebied, hoe belangrijker je bent.

  3. Overbrengen van de westerse cultuur op de Aziatische en Afrikaanse beschavingen en uitbreiden van eigen gebied.

    "Wij komen even beschaving brengen!"

Slide 13 - Tekstslide

Het cultuurstelsel
 (1830-1870)
  • Doel: Indië moet weer winstgevend (voor Nederland) worden

  • Met dat geld kan Nederland een modern land worden (wens van koning Willem I)

  • Uitvoering onder leiding van Johannes van den Bosch

Slide 14 - Tekstslide

Hoe werkt het cultuurstelsel?

  • Javaanse boeren moeten 1/5 deel van hun land verbouwen met producten voor de Nederlanders: koffie, thee...

  • Javaanse boeren krijgen hiervoor plantloon (was erg laag)

  • Javaanse boeren moeten 66 dagen werken voor de Nederlanders (herendiensten), bijvoorbeeld wegen, kanalen en spoorwegen aanleggen

Slide 15 - Tekstslide

🏵
🌴
🌴
🌴
🕳
🌴
🕳
🛢
🛢
🛢
Koffie
☕️
⚽️
🌴
🍚
🍚
🍚
🍚
🖇
🖇
🚬
🌴
🚬
Goud
🏵
🌴
🛢
🌴
🌴
☕️
🛢
🌴
🍭
🏵
🏵
☕️
Palmolie
🌴
Tabak
🚬
Aardolie
🛢
Suikerriet
🍭
Kolen
🕳
Rubber
⚽️
Rijst
🍚
Tin
🖇
Thee
🍵
🍵
🍵

Slide 16 - Tekstslide

Positieve gevolgen voor Nederland


Infrastructuur (wegen, kanalen, bruggen en spoorwegen)
in Nederland zijn betaald door winst.


Negatieve gevolgen
voor Nederlands-Indië

Beste land moest worden gebruikt. 

Hongersnoden en lage lonen.

Slide 17 - Tekstslide

Introductie
Leren voor de toets:
5.2, 5.4, 6.1, 6.3 en 6.4

Dus toets met twee hoofdstukken.

We beginnen vandaag met:
de kolonie Indonesië Hfst 3.4
      Pak je laptop, log in op www.lessonup.app

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video




Tekstboek blz. 49



Blz. 56 werkboek | Opdracht 6 en 7
timer
9:00

Slide 20 - Tekstslide

Introductie
Leren voor de toets:
5.2, 5.4, 6.1, 6.3 en 6.4

Dus toets met twee hoofdstukken.

We beginnen vandaag met:
de kolonie Indonesië Hfst 3.4
      Pak je laptop, log in op www.lessonup.app

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

   Deze banaantjes hebben iets te maken met Nederlands-Indië. Maar wat en waarom?

Slide 24 - Tekstslide

Max Havelaar
Boek in 1860: Max Havelaar; door Eduard Douwes Dekker.

Een 'gevaarlijk boek', hij beschreef dat het Nederlandse bestuur van de kolonie corrupt was.

Gebruikte de schuilnaam: Multatuli.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Multatuli is het pseudoniem van
A
Eduard Douwes Dekker
B
Ik heb veel gedragen / geleden
C
Max Havelaar

Slide 28 - Quizvraag

Eduard Douwes Dekker
A
had financiële moeilijkheden
B
had gokschulden
C
had huwelijksproblemen
D
had een drugsverslaving

Slide 29 - Quizvraag

De Max Havelaar is geschreven in
A
± 1 dag
B
± 10 dagen
C
± 1 maand
D
±1 jaar

Slide 30 - Quizvraag

In het boek Max Havelaar zitten autobiografische elementen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide