Wat betekent humor voor jou? Welke soorten humor ken je al?
Slide 5 - Woordweb
01:19
Waarom maken mensen soms grapjes over heel moeilijke gebeurtenissen, zoals de dood, een ernstige ziekte,...?
Slide 6 - Open vraag
02:12
Wat is een ander woord voor situatiehumor?
A
satire
B
verbale humor
C
slapstick
D
overdrijving
Slide 7 - Quizvraag
03:41
Situatiehumor en taalhumor zijn 2 tegengestelden? Welk soort humor vind jij het leukste?
Situatiehumor
Taalhumor
Slide 8 - Poll
04:38
Leg in eigen woorden uit wat 'de pointe' is.
Tip: je mag ook iets opzoeken
Slide 9 - Open vraag
05:27
Welke cartoon is een voorbeeld van zwarte humor?
A
B
C
D
Slide 10 - Quizvraag
06:06
Wat is vaak het doel van een parodie (= grappige, spottende interpretatie van iets dat bestaat)?
A
iemand wil het bestaande belachelijk maken of bekritiseren
B
iemand wil het bestaande waarderen
C
iemand wil gewoon een grapje maken zonder bedoeling
D
iemand wil lachen met zichzelf
Slide 11 - Quizvraag
06:42
Wat is een karikatuur?
A
een tekening van een persoon
B
een kunstwerk dat bestaat uit een mengsel van fragmenten uit andere werken
C
een grappige slogan
D
humoristische voorstelling van een persoon of situatie, waarbij enkele trekken sterk worden overdreven
Slide 12 - Quizvraag
08:35
Je komt thuis met een slecht rapport en je moeder zegt nogal bits: "Je bent weer eens de beste leerling van de klas!" Welke vorm van spot gebruikt je moeder in dit voorbeeld?
A
cynisme
B
ironie
C
sarcasme
D
satire
Slide 13 - Quizvraag
08:44
Maakte jij het al eens mee dat iemand een grap maakte over iets wat jij niet leuk of niet gepast vond? Beschrijf kort deze situatie.
Slide 14 - Open vraag
Naverwerking
Wat heb je geleerd?
Maak een korte samenvatting of mindmap op papier: - Welke 6 soorten humor leerde je kennen? - Welke 3 soorten spot bestaan er? - Wat weet je erover: noteer enkele kernwoorden. - Heb je nog vragen, is er iets onduidelijk?
Breng deze samenvatting en je vragen mee naar de les Nederlands op dinsdag 20/06/23. We gaan hier dan samen dieper op in. We leren dan ook de soorten humor en spot herkennen en zelf gebruiken.