Dat Nederlands een moeilijk vak is, komt door alle verschillende spellingregels.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige argumentatie
Slide 10 - Quizvraag
Jacob van Liesveldt is een goede school. Het zit in een mooi gebouw en de leerlingen kunnen zich ontwikkelen.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige argumentatie
Slide 11 - Quizvraag
Herhaling argumentatieschema
Enkelvoudige argumentatie
Nevenschikkende argumentatie
Meervoudige onderschikkende argumentatieschema
Enkelvoudige onderschikkende argumentatieschema
Slide 12 - Sleepvraag
Opdracht
Lees de tekst 'Geen windmolens in Drenthe!'
Markeer met kleur 1 het standpunt van de schrijver.
Markeer met kleur 2 de argumenten die het standpunt ondersteunen. Als je de uitwerking van het argument herkent (het ondersteunende argument) onderstreep je die.
timer
15:00
Slide 13 - Tekstslide
Vervolgopdracht
De volgende dia's bevatten een aantal vragen over de tekst. Houd de tekst bij de hand en beantwoord de vragen.
Slide 14 - Tekstslide
Wat is het standpunt van de schrijver dat hij inneemt?
Slide 15 - Open vraag
In welke alinea's geeft hij argumenten die zijn standpunt ondersteunen?
Slide 16 - Open vraag
Beschrijf hier een argument uit de tekst die ook een ondersteunend argument heeft.