Zorgplan: Module 6 - Uitvoeren van zorgactiviteiten

Module 6 
Uitvoeren van zorgactiviteiten 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Module 6 
Uitvoeren van zorgactiviteiten 

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht - Stappen in het zorgproces 
Leg de stappen van het zorgproces op volgorde 

Slide 2 - Tekstslide

Stap 5 in het zorgproces

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen: 
Aan het eind van de les weet je:
  • welke vaardigheden van belang zijn bij stap 5 - Uitvoeren van zorgactiviteiten 
  • verschil tussen objectief en subjectief
  • hoe je rapporteert over de zorgvrager - SOEP/SOAP rapportage
  • welke mogelijkheden technologie heeft bij uitvoering van zorg.






Slide 4 - Tekstslide

Welke vaardigheden zet jij in als je
zorg- en ondersteuningsactiviteiten
uitvoert?

Slide 5 - Woordweb

Vaardigheden 
  • Objectief waarnemen bij zorg en ondersteuning
  • Observeren aan de hand van vooraf vastgestelde observatiepunten 
  • Signaleren van veranderingen van gezondheid/zelfzorg 
  • Monitoren van de zorg (toezicht houden/ bewaken)
  •  Rapporteren (van waarnemingen/ observaties)



Slide 6 - Tekstslide

Vaardigheid 





Objectief waarnemen en observeren 

Slide 7 - Tekstslide

Betekenis van objectieve observatie =
A
observatie die gebaseerd is op een gevoel, mening
B
observatie die gebaseerd is op feiten

Slide 8 - Quizvraag

Een voorbeeld:
De jongen zit onderuit in zijn stoel. Hij vindt de les saai.
A
objectief
B
subjectief

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent zelfmanagement?

A
Dat de zorgvrager zelf beslissingen neemt over zijn leven en de benodigde zorgvraag
B
Dat de zorgvrager voor zichzelf kan zorgen, zoals de ADL, huishouden en sociale contacten
C
Dat de zorgvrager kan omgaan met zijn ziektebeeld en de klachten en het leven als waardevol ervaart

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een zelfzorgtekort?

A
Het verstoorde evenwicht tussen zelfzorgbehoefte en zelfzorgvermogen
B
De zelfzorg die niet kan worden overgenomen door een verzorgende
C
De zelfzorgbehoeften die zijn ontstaan door een gezondheidsprobleem

Slide 11 - Quizvraag

Het 'vaststellen van zorgproblemen' is een van de stappen van het zorgproces.
Wie stelt vast wat de belangrijkste punten zijn?

A
de zorgvrager en verzorgende samen
B
de verzorgende en eventueel een collega
C
de zorgvrager en zijn naasten/mantelzorgers

Slide 12 - Quizvraag

Opdracht 
Herken het verschil tussen objectief (feiten) en subjectief (gevoel/emotie).

Kijk naar de volgende foto's en noteer voor jezelf wat je bij afb.1 en afb.2 objectief waarneemt en observeert. 
Overleg dit met een medestudent. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Observeren ahv observatiepunten 
Rapporteren op vaste observatiepunten -  bijvoorbeeld wondzorg:
  • pijngevoelens;
  • plaats van de wond;
  • vorm en afmeting van de wond
  • de zwelling van de wond;
  • de kleur van de wond (wondbed);
  • de diepte van de wond;
  • het wondvocht (de mate en de samenstelling ervan)

de geur van de wond;

de maatregelen die al zijn genomen;

factoren die de wondgenezing vertragen (bijvoorbeeld of mevrouw Hindudi veel in bed ligt, of ze goed eet).

Slide 15 - Tekstslide

observatie-instrumenten

Slide 16 - Tekstslide

Vaardigheid Rapporteren 
Aan de hand van:
  • de vier levensdomeinen (Actiz) 

  • de vier domeinen van het Omaha System (thuiszorg): 
  • - fysiologisch domein: lichamelijk gebied 
  • - gezondheidsgerelateerd gedragsdomein: gedrag en gezondheid
  • - omgevingsdomein: omgeving, mantelzorg/netwerk
  • - psychosociaal domein: gemoedstoestand



Slide 17 - Tekstslide

Aandachtspunten rapporteren

  • Volledige informatie.
  • Verhaal is logisch en zit goed in elkaar.
  • Controleer jezelf regelmatig en lees je verhaal terug.
  • Geef aan wat de feiten zijn (objectief) en wat jouw mening is (subjectief).
  • Rapporteer tijdig; houd hier rekening mee in je planning.
  • Eindig de rapportage met je naam, datum en tijd. In het ECD gebeurt dit automatisch in het systeem.
  • Rapporteer met gebruik van de juiste Nederlandse spelling en grammatica.
Gebruik zo min mogelijk afkortingen en onbekende begrippen.










Slide 18 - Tekstslide

SOEP/ SOAP rapporteren staat voor:

  • Subjectief
  • Objectief 
  • Evaluatie OF Analyse
  • Plan











Slide 19 - Tekstslide

Een voorbeeld SOEP rapportage
Mevrouw moest vaak naar het toilet. “Vaak” is niet objectief.

  • S - Mevrouw vertelde dat zij steeds moet plassen.
  • - Mevrouw ging tijdens de dagdienst zes keer naar het toilet. 
  • - Normaal gaat mevrouw twee keer per dienst naar het toilet.
  • P - In overleg met arts urine opvangen en 1ste contactpersoon bellen.

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht 1 of opdracht 2
Maak de opdracht SOEP/SOAP rapportage 

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 1
Je schrijft n.a.v. de inhoud van de casus een schriftelijke rapportage m.b.v. de soap/soep 

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht: Schriftelijke rapportage oefenen 
  • Deze opdracht maak je met 3 pers
  • Ga naar eDition- TM - Zorgplan
  • Module 6: Uitvoeren van zorg- / ondersteuningsactiviteiten
  • Vaardigheid: Schriftelijke voortgangsrapportage uitvoeren
  • (zie link volgende dia)

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Zorgtechnologie 
Module 4  - Positieve gezondheid en zorgtechnologie  

Slide 25 - Tekstslide

Welke vormen van
zorgtechnologie ken je?

Slide 26 - Woordweb

Wat is een voorbeeld van een toepassing van zorgtechnologie?
A
Een handmatige bloeddrukmeter
B
Een verbanddoos
C
Een slimme medicijndispenser
D
Een stethoscoop

Slide 27 - Quizvraag

Wat is telemonitoring?
A
Een behandeling in het ziekenhuis
B
Een huisartsenbezoek
C
Een vitale functies meting
D
Op afstand monitoren van gezondheid

Slide 28 - Quizvraag

Wat is een voordeel van zorgtechnologie?
A
Verbeterde kwaliteit van zorg
B
Verhoogde zorgkosten
C
Minder efficiency in de zorg
D
Minder betrouwbare diagnose

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Huiswerkopdracht
Thieme: Lees H 1 van module 7

Slide 31 - Tekstslide