In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Wat is een maatschappelijk probleem?
Slide 1 - Woordweb
Wanneer is iets een maatschappelijk probleem?
betrekking op grotere groepen mensen
probleem als gevolg van maatschappelijke veranderingen
er bestaan verschillen van mening over oorzaken en oplossingen
probleem vraagt om gemeenschappelijke oplossing (overheid)
Slide 2 - Tekstslide
Waardoor ontstaan verschillen van mening vooral door ?
A
Miscommunicatie
B
Waarden en normen
C
Aso gedrag
D
Belangen
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Video
Wat is volgens jou een waarde en een norm?
Slide 5 - Open vraag
Wat zijn volgens jou 'belangen'? En hoe bepalen belangen de opvattingen van mensen? Geef een VB!
Slide 6 - Open vraag
Als mensen zelf niet meer uit de problemen komen, wat is volgens jou dan de beste oplossing?
Slide 7 - Open vraag
Wat vind jij van de theorie van Plato (blz. 10) over een 'krachtige, staat? Noem een voordeel- en nadeel
Slide 8 - Open vraag
Kenmerken van een staat
Een staat beschikt over grenzen
Het grondgebied wordt bewoond door een volk (groep mensen)
De staat (overheid) heeft de hoogste macht (soevereiniteit) over volk en gebied (wetten maken, garanderen openbare orde en veiligheid via geweldsmonopolie, ontwikkeling bevorderen, garanderen sociale zekerheid etc.)
Slide 9 - Tekstslide
Als een staat steeds meer taken krijgt kan dit ook een groot nadeel hebben. Welk?
Slide 10 - Open vraag
Politiek
Overheidsbeleid: bepaalde doelen die de overheid wil bereiken en de effecten daarvan
De politiek weegt verschillende belangen en opvattingen tegen elkaar af voordat er een besluit komt
Betrokkenen (actoren) proberen de totstandkoming van het beleid te beinvloeden (hangt af van hun macht binnen overheid, bedrijsleven of maatschappelijke organisaties)
Machtsbases: factoren waarop macht is gebaseerd (geld, functie, kennis, ervaring)
Invloed: het uiteindelijke resultaat van het gebruik van macht
Gezag: als mensen de macht erkennen en accepteren (gelegitimeerde macht)
Slide 13 - Tekstslide
Civil society
Burgermaatschappij of maatschappelijk middenveld (organisaties buiten de sfeer van overheid zoals kerken, vakbonden, sportverenigingen, buurtorganisaties etc.)
Speelt vooral een belangrijke rol in landen waar de afkeer van de overheid groter is dan in NL (zoals bv in de VS)
Ze versterken de gemeenschapszin en beperken de invloed van de markt en de macht van de overheid
Slide 14 - Tekstslide
Kan een maatschappelijk probleem als voetbalgeweld of jeugdcriminaliteit ook zonder overheid worden opgelost denk je?
Slide 15 - Open vraag
Kernbegrippen
Staat: een omgrensd grondgebied waarop mensen wonen en waarbinnen het hoogste gezag geldt
Soevereiniteit: hoogste macht/gezag (in democratische landen uitgevoerd namens het volk via een volksvertegenwoordiging)
Geweldsmonopolie: alleenrecht van de overheid op het legitiem gebruiken van geweld
Actoren: individuen of groepen die invloed proberen uit te oefenen op het politieke besluitvormingsproces
Macht: vermogen om iets gedaan te krijgen
Invloed: uiteindelijke resultaat van het gebruik van macht
Gezag: legitieme macht
Slide 16 - Tekstslide
DILEMMA
Voor verdere oefening en verdieping maak of bekijk je de leertekst/begrippen en vragen uit je schoolboek-methode!