B2D Ne: Fictie

Over fictie: verhalen nader bekeken
B2D - Nederlands
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Over fictie: verhalen nader bekeken
B2D - Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les...
-Kun je het verschil uitleggen tussen realistische en niet-realistische fictie
-Kun je uitleggen wat de begrippen biografie en autobiografie betekenen
-Kun je voorbeelden noemen van verschillende genres
-Weet je hoe een schrijver een verhaal spannend kan maken

Slide 2 - Tekstslide

Fictie
Fictie is een verzonnen verhaal
Non-fictie is niet verzonnen

VB: 'Leven van een loser': Fictie of non-fictie? 

Slide 3 - Tekstslide

Waarom lezen
mensen fictie?

Slide 4 - Woordweb

Lezen is leuk...
-Ontspanning
-Leerzaam
-Inleven in anderen
-Ontsnappen uit je leven
etc...
->Op reis maar dan gewoon thuis!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het mooiste fictieboek dat je hebt gelezen? (Voorlezen telt ook!)

Slide 6 - Open vraag


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 7 - Quizvraag


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 8 - Quizvraag


A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 9 - Quizvraag

Fictie
Realistische fictie of niet-realistische fictie

Slide 10 - Tekstslide

Harry Potter is een voorbeeld van niet-realistische fictie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Fictie
Niet-realistische fictie: Een verhaal dat verzonnen is en in het echt niet kan gebeuren
Realistische fictie: Verzonnen verhaal, maar het zou echt kunnen gebeuren

Slide 12 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van realistische fictie

Slide 13 - Open vraag

(Auto)biografie

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een biografie?

Slide 15 - Open vraag

(Auto)biografie
Autobiografie: eigen leven beschrijven, zonder iets te verzinnen
Biografie: schrijven over het leven van iemand anders

Slide 16 - Tekstslide

Genres
Verschillende soorten verhalen. Te herkennen aan de pictogrammen in de bibliotheek 

Slide 17 - Tekstslide

Welke genres ken je?

Slide 18 - Woordweb

Genres

Slide 19 - Tekstslide

Wat maakt een
boek spannend?

Slide 20 - Woordweb

"Het is 4:00 's nachts. Waar ben ik beland? Ik probeer om mij heen te kijken, maar ik kan niets zien. Het is pikkedonker. Ik ben helemaal alleen. Wat moet ik doen? Waar moet ik heen?"
Vraag: wat maakt dit stukje spannend?

Slide 21 - Open vraag

De trucjes van een schrijver
1) Enge omgeving: 
donker bos, verlaten steegje; de schoolkantine waar duizend leerlingen zijn
2) Het tijdstip van de dag: 
drie uur 's nachts; twaalf uur 's middags 
3) Enge of spannende gebeurtenis:
alleen met de vijand; omringd met vrienden

Slide 22 - Tekstslide

De trucjes van een schrijver
4) Een open plek: de schrijver houdt iets achter, jij wordt nieuwsgierig wat en wilt verder lezen
"Wat hij nog niet wist, is dat deze dag de ergste dag van zijn leven gaat worden."
5) Vertragen: de schrijver geeft steeds meer informatie
"Terwijl Freddy naar huis aan het lopen is, staat Jos hem op te wachten. Om het hoekje. Met een mes. Klaar om Freddy pijn te doen."

Slide 23 - Tekstslide

De trucjes van een schrijver
6) De lezer weet meer dan de hoofdpersoon
Bijvoorbeeld wanneer jij als lezer al wel weet wie de dader is, terwijl de hoofdpersoon op dit moment een gesprekje met hem aan het voeren is. 
7) Onverwachtse gebeurtenissen
Wanneer je iets niet ziet aankomen, wil je verder lezen om te zien hoe dit gaat aflopen. 

Slide 24 - Tekstslide

Wat is een cliffhanger?

Slide 25 - Open vraag

Cliffhanger
Een cliffhanger is het stoppen op een spannend moment. Aan het eind van een hoofdstuk of aflevering l. 

Slide 26 - Tekstslide

Wat voor soort boek is dit?
A
realistische fictie
B
niet realistische fictie
C
non fictie
D
autobiografie

Slide 27 - Quizvraag

Wat komt niet voor?
A
Realistische fictie
B
Niet-realistische fictie
C
Niet-realistische non-fictie
D
Een realistische biografie

Slide 28 - Quizvraag

In dit boek schrijft Michelle Obama over haar leven. Dit is:
A
fictie
B
een auto-biografie
C
een biografie
D
niet-realistische fictie

Slide 29 - Quizvraag

Dit boek gaat over het leven van Napoleon. Dit boek is...
A
Fictie
B
Een autobiografie
C
Een biografie
D
Niet-realistische fictie

Slide 30 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste dat je vandaag hebt geleerd? Noem één ding.

Slide 31 - Open vraag