H.3 Franse Revolutie Herhaling

Herhaling H.3 Franse Revolutie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling H.3 Franse Revolutie

Slide 1 - Tekstslide

Hoe lastig of makkelijk is dit onderwerp of deze toets voor jou?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Belangrijke onderwerpen
  • Oneerlijke standensamenleving: hoe zit dit precies in elkaar?
  • De Verlichting: filosofen en ideeën
  • Oorzaken Franse Revolutie
  • Verloop Franse Revolutie
  • Gevolgen bestuur Napoleon  (Frankrijk en Europa)
  • Bataafse Revolutie

Slide 3 - Tekstslide

Welke drie standen waren er in de 18e eeuw?
A
boeren, arbeiders, burgers
B
arbeiders, burgers, fabrikanten
C
boeren/burgers, adel en geestelijken
D
arbeiders, adel en fabrikanten

Slide 4 - Quizvraag

1e: geestelijkheid
2e: adel
3e: burgerij en 
boeren

Slide 5 - Tekstslide

Welke groep was in de derde stand ontevreden omdat zij geen invloed op het bestuur hadden?
A
bourgeoisie
B
ambachtslieden
C
boeren
D
armen

Slide 6 - Quizvraag

Leg uit dat de verdeling van privileges in de standensamenleving oneerlijk was.
(gebruik je boek, blz. 59-60)

Slide 7 - Open vraag

Waarom riep Lodewijk XVI in 1788/1789 de Staten-Generaal bij elkaar?
A
Hij wilde advies van de standen bij het regeren
B
Hij wilde het belastingstelsel veranderen omdat het land bijna failliet ging
C
Hij wilde oorlog voeren tegen Oostenrijk
D
Hij wilde de standen eerlijker gaan behandelen in het bestuur.

Slide 8 - Quizvraag

Waar komt de naam 'Verlichting' vandaan voor de wetenschappelijke ontwikkelingen in de 18e eeuw?
A
De uitvinding van het elektrische licht
B
Het woord 'lumiere', wat licht in het Frans is
C
Bijgeloof en domheid maken plaats voor kennis en inzicht
D
Het leven werd lichter door de nieuwe ideeën

Slide 9 - Quizvraag

Welk begrip hoort NIET bij de Verlichting?
A
censuur
B
Encyclopedie
C
Salon
D
natuurrechten

Slide 10 - Quizvraag

Koppel het idee aan de filosoof
Locke
Rousseau
Montesquieu
Diderot
In de Encyclopedie stond alle kennis verzameld
De macht moet gescheiden worden in drie delen
De macht moet bij het volk liggen
De koning krijgt de macht van het volk

Slide 11 - Sleepvraag

Wat is GEEN oorzaak van de Franse Revolutie?
A
De Verlichtingsideeën over goed bestuur
B
De oneerlijke standensamenleving
C
De arrestatie van de Franse koning
D
Het bijeenroepen van de Staten-Generaal

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een oorzaak van de Franse Revolutie op de korte termijn?
A
Verlichtingsideeën over goed bestuur
B
De oneerlijke standensamenleving
C
Absolute macht van de koning
D
bijeenroepen van de Staten-Generaal

Slide 13 - Quizvraag

Oorzaken: korte en lange termijn
Lange termijn
1. De oneerlijke standensamenleving: armoede, gebrek aan invloed derde stand, oneerlijke belastingen
2. Absolute macht van de koning
3. Verlichtingsideeën: gelijkheid, trias politica, koning moet burgers beschermen

Slide 14 - Tekstslide

Korte termijn
1. Bijeenroepen van de Staten-Generaal (gevolg > derde stand richt Nationale Vergadering op)
2. Honger door misoogsten (gevolg: Val van de Bastille)

Slide 15 - Tekstslide

Zet de gebeurtenissen uit de Franse Revolutie op de goede volgorde.
1
2
3
4
5
De Terreur
Grondwet
Lodewijk onthoofd
Directoire
Val van de Bastille

Slide 16 - Sleepvraag

Waarom is in 1804 de Franse Revolutie in feite voorbij?
A
De grondwet werd afgeschaft
B
Napoleon werd keizer (alleenheerser)
C
De revolutionaire ideeën werden verspreid over Europa
D
Alle burgers hadden grondrechten

Slide 17 - Quizvraag

Napoleon hield ook veel uit de Franse Revolutie in stand.
1 antwoord hoort er NIET bij
A
Democratie
B
grondrechten
C
privileges 1e en 2e stand afgeschaft
D
gelijke rechtspraak

Slide 18 - Quizvraag

Napoleon 
stopt de revolutie

- keizer: alleenheerser
- democratie functioneert niet
- propaganda 
(misleidt volk met reclame voor zichzelf)

Napoleon
zet de revolutie voort

- Code Napoleon: iedereen gelijk voor de wet 
- grondwet: vrij & gelijk
- adel en geestelijkheid voorrechten kwijt

Slide 19 - Tekstslide

Waarom waren de patriotten in de Republiek ontevreden in 1787?
1 reden hoort er NIET bij
A
de handel stond stil en de armoede nam toe
B
de stadhouder had teveel macht
C
de regenten dachten alleen aan zichzelf
D
De Franse Revolutie liet zien dat het kon

Slide 20 - Quizvraag

Combineer de naam met de periode
1795-1806
1806-1810
1810-1813
1813-later
Provincie Franse Keizerrijk
Koninkrijk der Nederlanden
Bataafse Republiek
Koninkrijk Holland

Slide 21 - Sleepvraag

Slide 22 - Woordweb