Laag Nederland - 2TH

Hoog Nederland
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoog Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat veen is en wat dijken en polders zijn.
  • Je begrijpt waarom er veel klei en veen in Laag-Nederland voorkomt en hoe de mens daar bruikbare landbouwgrond van gemaakt heeft.
  • Je kunt op een topografische kaart de kenmerken van Laag-Nederland aangeven

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoe ontstaat veen?
  1. Lage duinen breken door
  2. Zee legt dunne laag klei neer (zeeklei)
  3. Water stroomt weg en gewassen groeien
  4. Lage duinen breken weer door en gewassen verrotten. 
  5. Nieuwe kleilaag drukt alles samen. Veen is ontstaan 

Veen = Grond dat bestaat uit oude plantenresten 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Terpen
  1. Tegen overstromingen gingen mensen wonen op terpen.
  2. De terpen werden verbonden met dijken 
  3. Gebied tussen de terpen werd droog gelegd: dit noem je polders. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Welk gebied ligt hoger ten opzichte van de zeespiegel?

A
Links
B
Rechts
C
Beide
D
Geen

Slide 8 - Quizvraag

Wadden
Het gebied aan de rechter kant noem je de wadden. 
Hoog water staat dit onder water 
Laag water komt dit droog te liggen.
Door een dunne laag sedimet ligt dit hoger dan de rest.

Slide 9 - Tekstslide

Waarom ligt er veel klei en veen in Laag Nederland?

Slide 10 - Open vraag

Waaraan herken je een polder?

Slide 11 - Open vraag