Als mensen ouder worden, verandert er ook veel kraakbeenweefsel in
kraakbeen
botweefsel
Lijmstof
Kalkzouten
tussencelstof
Slide 3 - Sleepvraag
Bs 3: Beenverbindingen
Beenverbindingen
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt de beenverbindingen beschrijven
Je kunt de bouw van een gewricht beschrijven
Je kunt de werking van een kogelgewricht, scharniergewricht en een rolgewricht beschrijven
Slide 5 - Tekstslide
Beenverbinding door vergroeiing
Beenverbinding door een naad
Slide 6 - Tekstslide
Beenverbinding door kraakbeen
Beenverbinding door gewrichten
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Beenverbindingen
Er zijn vier soorten beenverbindingen:
vergroeid
naadverbinding
kraakbeenverbinding
verbinding door gewrichten
Slide 9 - Tekstslide
bouw van een gewricht
Slide 10 - Tekstslide
Bouw van een gewricht
Slide 11 - Tekstslide
Soorten gewrichten
Er zijn drie soorten gewrichten.
Met elk soort gewricht kun
je een andere beweging
maken.
Kogelgewricht
Rolgewricht
Scharniergewricht
Slide 12 - Tekstslide
Soorten gewrichten
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Hoeveel soorten beenverbindingen zijn er?
A
10
B
3
C
200
D
4
Slide 15 - Quizvraag
Welke beenverbindingen zijn niet beweeglijk?
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Vergroeid
D
Naad
Slide 16 - Quizvraag
De ribben en het borstbeen zijn verbonden door:
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Naad
D
Vergroeid
Slide 17 - Quizvraag
Bij welke beenverbinding is er veel beweging mogelijk?
A
Vergroeid
B
Naad
C
Gewricht
D
Kraakbeen
Slide 18 - Quizvraag
H4 Stevigheid en beweging
Bs 4; Spieren
Slide 19 - Tekstslide
Spieren
2 type:
Skeletspieren
Orgaanspieren (niet bewust)
Slide 20 - Tekstslide
Het menselijk lichaam telt meer dan 600 spieren.
Spieren zitten overal, zelfs in de ogen en de huid (kippenvel). Ook het hart is een spier.
Veel spieren zorgen voor beweging.
Slide 21 - Tekstslide
Rechts zie je de haren overeind staan En de spier is aangespannen de huid is daardoor hobbeliger
Koud --> bibberen (spieren)
Gewone huid kippenvel
Slide 22 - Tekstslide
Spierstelsel (skeletspieren)
Functie
Bewegen
Verbinding bot en spier
- Door pezen
- Aanhechtingsplaats
- Pezen kunnen niet samen trekken
Slide 23 - Tekstslide
Pezen
Functie
Verbinding bot en spier
Kan niet samentrekken
Aanhechtingsplaats
Slide 24 - Tekstslide
Uitleg spierbevestiging en spierbewegingen
Slide 25 - Tekstslide
Spieren
Functie
Bot laten bewegen
Samentrekken
Spier bij samentrekken
Korter
Dikker
Slide 26 - Tekstslide
Spieren bewegen maar naar één kant
Elke spier heeft een tegenovergestelde spier
Antagonistisch paar (buig & strekspier)
Slide 27 - Tekstslide
Antagonist
2 spieren die gezamenlijk een bot in een bepaalde richting kunnen bewegen
Biceps, Triceps
Voorste bovenbeenspier, hamstrings
Buikspieren, onderrugspieren
Borst spier, boven rugspieren
Ze werken samen
Slide 28 - Tekstslide
Orgaanspieren
Laten onze organen bewegen (niet bewust gaat vanzelf)
hartspieren
ademhalingspieren
Spijsverteringsspieren
(maag, darm, slokdarm)
Slide 29 - Tekstslide
Als je een spier samentrekt, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker
Slide 30 - Quizvraag
Kippenvel ontstaat door spieren. Wat klopt over deze spieren?
A
De spieren zitten vast aan botten
B
De spieren bevinden zich in de huid
C
Het komt zowel voor dat deze spieren aan botten als aan de huid vast zitten
Slide 31 - Quizvraag
Hoe noem je de tegengestelde spier van een spier die actie onderneemt?
A
Antagonist
B
Anagonist
C
Reverse musculus
D
Antiwerker
Slide 32 - Quizvraag
Samenvatting
Nauwkeurig meten
Slide 33 - Tekstslide
1. Nauwkeurig meten
Meet steeds op dezelfde manier
Kijk horizontaal naar de liniaal
Noteer de meting in dezelfde eenheid
Slide 34 - Tekstslide
Opdr. 1.a: Maria roept: 'De tijd van Aiden is 16 17/100 seconden.' Welke notatie is het meest nauwkeurig?
A
16,1 s
B
16,17 s
C
0,27 min
D
0,2666 min
Slide 35 - Quizvraag
Jade doet hetzelfde onderzoek. Dennis rent het rondje in 1 minuut en 30,04 seconden. Waarom is het niet handig om de tijdn in het aantal minuten en seconden te noteren?
Slide 36 - Open vraag
Noteer de tijd van Dennis (1 minuut en 30,04 seconden) zo nauwkeurig mogelijk: