Bron E et vouloir CH 1 2HA

Vertaal:
Hoe ziet zij eruit?
A
Il est comment?
B
Elle est comment?
C
elle es comment?
1 / 13
volgende
Slide 1: Quizvraag
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Vertaal:
Hoe ziet zij eruit?
A
Il est comment?
B
Elle est comment?
C
elle es comment?

Slide 1 - Quizvraag

Hij heeft blond haar
A
il a des cheveux blonds
B
il a les cheveux noirs
C
il a les cheveux blonds

Slide 2 - Quizvraag

Zij is heel intelligent
A
Elle es très intelligente
B
Elle a très intelligente
C
elle est très intelligent

Slide 3 - Quizvraag

wij hebben gelachen
A
nous sommes rigolé
B
nous avons rigoler
C
nous avons rigolé

Slide 4 - Quizvraag

zij zijn sportief en verlegen
A
elle est sportive et timide
B
elles sont sportives et timides
C
elles ont sportives et timides

Slide 5 - Quizvraag

het vriendinnetje
A
la petit amie
B
la petite amie
C
la petit ami

Slide 6 - Quizvraag

knap
A
mignon
B
mignonne
C
minor

Slide 7 - Quizvraag

avoir soif
A
honger hebben
B
dorst hebben
C
eten hebben

Slide 8 - Quizvraag

lire
A
horen
B
lianen
C
lezen

Slide 9 - Quizvraag

l'été
A
de herfst
B
de zomer
C
de lente

Slide 10 - Quizvraag

verliefd
A
amoureuse
B
amoreuse
C
amoureux

Slide 11 - Quizvraag

Geef de goede vorm van het werkwoord vouloir:
je, présent, vouloir
A
je veux
B
je veut
C
je voux

Slide 12 - Quizvraag

goolelle, vouloir, passé composé
A
elle est voulu
B
elle a voulu
C
elle a vouloir

Slide 13 - Quizvraag