Verpleging en verzorgingMBOBeroepsopleidingStudiejaar 1
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Herhaling les 1-9 DAB421
Slide 1 - Tekstslide
Hoe stop je een bloedneus?
A
eerst snuiten, dan propje watten erin
B
meteen neus dichtknijpen op het neusbot
C
nooit snuiten, meteen dichtknijpen onder neusbot
D
eerst snuiten, dan dichtknijpen onder neusbot
Slide 2 - Quizvraag
verkoudheid en griep; wat is waar?
A
verkoudheid is erger
B
zijn hetzelfde
C
griep is erger
D
griep ontstaat uit een verkoudheid
Slide 3 - Quizvraag
verkoudheid
griep
coryza
rhinovirus
gaat vanzelf over
ontstaat geleidelijk
influenza
hoge koorts
kan je aan dood gaan
Slide 4 - Sleepvraag
wat is sinusitis?
A
voorhoofdspijn
B
bijholte ontsteking
C
bindvliesontsteking
D
hooikoorts
Slide 5 - Quizvraag
Oorzaak van keelpijn?
A
verkoudheid
B
ziekte van Pfeiffer
C
influenza
D
pancreatitis
Slide 6 - Quizvraag
boven welke lichaamstemperatuur is er koorts?
A
38 gr
B
37 gr
C
37,5 gr
D
38,5 gr
Slide 7 - Quizvraag
epiglottitis komt niet meer vaak voor. toch moet je het ziektebeeld kennen. waarom?
A
omdat het zeer besmettelijk is
B
omdat er tegen gevaccineerd wordt
C
omdat de patiënt acuut kan stikken
D
geen idee
Slide 8 - Quizvraag
Een peuter eet voor het eerst een kiwi. Binnen enkele minuten wordt zij kortademig ("benauwd") en krijgt een snelle piepende ademhaling. Haar lippen en tong zwellen. De huisarts doet samen met jou een spoedvisite.
Slide 9 - Tekstslide
Welk medicijn krijgt de peuter direct toegediend?
A
Een drankje tegen allergie ("antihistaminicum")
B
ibuprofen via een injectie-pen
C
Een tablet tegen allergie ("antihistaminicum")
D
Adrenaline via een injectie-pen
Slide 10 - Quizvraag
Welke diagnose zou hierbij passen? En welke volgende stap?
A
anafylactische reactie / naar ziekenhuis voor verder onderzoek.
B
kiwi-allergie / nooit meer kiwi eten
C
astma / naar ziekenhuis voor verder onderzoek
D
anafylactische reactie / nooit meer kiwi eten
Slide 11 - Quizvraag
dit zijn:
A
XTC- en LSD tabletten
B
pollen van bomen en planten
C
supplementen om hooikoorts te bestrijden
D
zaden van grassen
Slide 12 - Quizvraag
wat is waar? hooikoorts...
A
is alleen in het voorjaar, als de bomen bloeien
B
is een vorm van allergie
C
is allergie voor gedroogd gras (hooi)
D
gaat vanzelf weer over
Slide 13 - Quizvraag
Tekst
Wat is een
OMA?
A
hetzelfde als een AMO
B
acute binnenoor ontsteking
C
de moeder van je moeder (of van je vader)
D
acute middenoor ontsteking
Slide 14 - Quizvraag
Waarom hebben vooral jonge kinderen een OMA?
A
omdat oma dan nog niet overleden is
B
omdat zij veel in hun oor peuteren
C
omdat hun tuba auditiva nog smal is
D
omdat hun buis van Sint Eustatius nog smal is
Slide 15 - Quizvraag
Contactadvies bij een OMA bij een meisje van 4? Contact opnemen...
A
...na 3 dagen oorpijn zonder verbetering
B
...bij trommelvliesperforatie
C
...sowieso na 1 dag
D
...als kind niet eet
Slide 16 - Quizvraag
Een glue ear ; wat is NIET waar?
A
is een lijmoor
B
is een slijmoor
C
mag je mee zwemmen
D
wordt met antibiotica behandeld
Slide 17 - Quizvraag
Bij een otitis externa zit de ontsteking in:
A
het middenoor
B
de gehoorgang
C
het binnenoor (slakkenhuis)
D
extern, dus op de oorschelp
Slide 18 - Quizvraag
Wat is het effect van trommelvliesbuisjes ("TV-buisjes")?
Slide 19 - Open vraag
Buikpijn bij een perforatie is anders dan bij een koliek. Of niet?
A
bij 'n perforatie kan de patient niet stil liggen
B
bij een koliek kan de patient niet stil liggen
C
in beide gevallen kan de patient niet stil liggen
D
in beide gevallen ligt de patient doodstil
Slide 20 - Quizvraag
De zoon van een 77-jarige man belt op zondagavond 20.00 uur in paniek de huisartsenpost. Zijn vader heeft hevige buikpijn.
Daarnaast is hij misselijk en klam.
De Triagist vraagt of zijn vader vaker buikpijn heeft. De zoon zegt van niet.
De Triagist geeft de man een afspraak op de huisartsenpost met urgentie U3.
Slide 21 - Tekstslide
is U3 de juiste urgentie?
A
nee, het is U5
B
nee, het is U1
C
ja, het is U3
D
dat weet je niet, want de triagist heeft patient niet zelf gesproken
Slide 22 - Quizvraag
wie krijgt de hoogste urgentie?
A
man met gastritis
B
vrouw met reflux oesofagitis
C
vrouw met pancreatitis
D
man met virale gastro-enteritis
Slide 23 - Quizvraag
Wat is GEEN oorzaak van buikpijn bij een kind?
A
acute middenoorontsteking
B
fractuur van middenvoetsbeentje
C
appendicitis
D
voedselovergevoeligheid
Slide 24 - Quizvraag
Waarom leidt "buikpijn bij een kind" bijna altijd tot een consult huisarts?
A
omdat er altijd lichamelijk onderzoek nodig is
B
omdat het bijna altijd een ernstig ziektebeeld is
C
omdat de huisarts bij kinderen het zekere voor het onzekere neemt
D
omdat de pijn en oorzaak moeilijk zijn in te schatten
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.