Interactief_Indesign_hoofdstuk2

Interactief 
Indesign
Epub
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Media, Vormgeving en ICTMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 130 min

Onderdelen in deze les

Interactief 
Indesign
Epub

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Test je Kennis (klassikaal en dan zelfstandig)
Klassikale bespreken: 2.09 (eindopdracht)

Vragen in het boek: hoofdstuk 2
Check of je vraag 2.5 en 2.6 hebt gemaakt (2.7 hoeft niet)
Maken 2.08 (begrippenlijst) 
Opdrachten: 
1.03 en 2.01



Slide 2 - Tekstslide

Eindopdracht 2.09
Samen bekijken en eerste vragen samen bespreken. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 1.03 en 2.01 
Samen bekijken. 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 1.03
  • Download het bestand bij de opdracht
  • Lees de stappen ( weinig instructies / geen foto's)
  • Als je iets niet meer weet, blader terug naar de vorige opdracht daar staat het uitgelegd. 
  • Inleveren via teams als IPDF

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 2.01
  • Bekijk de video
  • Maak stap voor stap een interactief formulier
  • Inleveren via teams als IPDF

Slide 7 - Tekstslide

Test je kennis
Klassikale Quiz 

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet je nog van
Indesign?

Slide 9 - Woordweb

Wat is Adobe InDesign voornamelijk gebruikt voor?
A
Lay-out ontwerpen / Epubs
B
Webpagina's coderen
C
Video's bewerken
D
(interactieve) Boeken en tijdschriften maken

Slide 10 - Quizvraag

InDesign is een...
A
Opmaakprogramma
B
Tekstverwerkingsprogramma
C
Tekenprogramma
D
Fotobewerkingsprogramma

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een een interactief document?
A
Bevat naast tekst en beeld geen koppelingen naar animaties, video's, andere bestanden en kan bijvoorbeeld ingevuld worden
B
Een bestand dat tekst en afbeeldingen heeft en gemaakt is in InDesign
C
Een bestand dat uit zichzelf bestuurd word
D
Bevat naast tekst en beeld ook koppelingen naar animaties, video’s, andere bestanden en kan bijvoorbeeld ingevuld worden

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn interactieve elementen?
A
De elementen waarmee je iets kunt doen als gebruiker. Bijvoorbeeld niet knoppen, linkjes en video’s.
B
De elementen waarmee je kan vormgeven en kan bewerken in InDesign
C
De elementen waarmee je iets kunt doen als gebruiker. Bijvoorbeeld knoppen, linkjes en video’s.
D
De elementen die zorgen voor bepaalde lettertypes, afbeeldingen

Slide 13 - Quizvraag


A:
B:
C:
Welk logo is van InDesign?
A
A
B
B
C
C

Slide 14 - Quizvraag

In welke volgorde zet je een document op in InDesign?
Zet de onderstaande handelingen in de juiste volgorde.
Volgorde
timer
0:30
1
2
3
4
5
6
Nieuwe maken
Stel de afmetingen en formaat in
Maken
Stel in staand/liggend, aantal pagina's en marges in
Klik op drukwerk, web of mobiel
Controleer of je bestand een passende naam heeft

Slide 15 - Sleepvraag

Hoe maak je een knop
InDesign?

Slide 16 - Woordweb

Hoe voeg je een afbeelding toe in InDesign?
A
Sleep de afbeelding rechtstreeks in het document
B
Gebruik het menu 'Bestand' en 'Plaats'

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de sneltoets voor 'Plaats'?
A
Ctrl + D (Windows) of Cmd + D (Mac)
B
Ctrl + P (Windows) of Cmd + P (Mac)

Slide 18 - Quizvraag

Test je kennis nu zelf
+ Digiplein 
> Interactief ( 7 vragen) en interactief document (6 vragen)

Daarna vragen en opdrachten maken

Slide 19 - Tekstslide