Als iemand een
aantal jaren onafgebroken zich heeft gedragen
alsof hij eigenaar van een goed was, kan diegene door verjaring uiteindelijk toch eigenaar van dat goed worden.
Afhankelijk van het soort goed hoe lang deze periode ('aantal jaren onafgebroken') moet duren. In principe:
- roerende zaken: 3 jaar (te goeder trouw)
- onroerende zaken: 10 jaar (te goeder trouw)
- te kwader trouw: 20 jaar (art. 3: 105 BW)