2kgt 5.7 Grammatica deel 2

5.7 bijwoordelijke bepaling en de rest
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

5.7 bijwoordelijke bepaling en de rest

Slide 1 - Tekstslide

LESDOEL
  • Je kunt de pv, wg, o, lv, mv en bwb in een zin vinden.

Slide 2 - Tekstslide

Gebruik deze volgorde
1) Zoek de persoonsvorm (verander de zin van tijd)
2) Zoek alle andere werkwoorden + pv = wg
3) Vraag wie/wat + wg = o
4) Vraag wie/wat + wg+o = lv
5) Vraag aan of voor wie/wat+ wg + o + lv = mw
6) bwb= stel een vraag met een W. NIET wie of wat.

Slide 3 - Tekstslide

Benoem het onderstreepte zinsdeel.
Typ / jij / regelmatig / je geboortedatum / in een wachtwoordveld?
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 4 - Quizvraag

Benoem het onderstreepte zinsdeel.
Typ / jij / regelmatig / je geboortedatum / in een wachtwoordveld?
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 5 - Quizvraag

Benoem het onderstreepte (dikgedrukte) zinsdeel.
Typ / jij / regelmatig / je geboortedatum / in een wachtwoordveld?
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 6 - Quizvraag

Benoem de onderstreepte zinsdelen.
Typ / jij / regelmatig / je geboortedatum / in een wachtwoordveld?
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 7 - Quizvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Volgens het blad Quest
geef
je
hackers
op deze manier
een eenvoudig klusje.

Slide 8 - Sleepvraag

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
onderwerp
lijdend vvw
ww gezegde
meewerkend vw
bijwoordelijke bepaling
Zin:
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Algoritmes
gaan
op topsnelheid
alle mogelijke wachtwoordopties
af.

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is wg in deze zin?

Je / kunt /  een hack / voorkomen / met een zo complex mogelijk wachtwoord.

Slide 10 - Open vraag

Wat is o in deze zin?

Je / kunt /  een hack / voorkomen / met een zo complex mogelijk wachtwoord.

Slide 11 - Open vraag

Wat is lv in deze zin?

Je / kunt /  een hack / voorkomen / met een zo complex mogelijk wachtwoord.

Slide 12 - Open vraag

Wat is bwb in deze zin?

Je / kunt /  een hack / voorkomen / met een zo complex mogelijk wachtwoord.

Slide 13 - Open vraag

Benoem het rode zinsdeel.
In een veilig wachtwoord vind je hoofdletters, kleine letters, cijfers en tekens.
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 14 - Quizvraag

Benoem het rode zinsdeel.
In een veilig wachtwoord vind je hoofdletters, kleine letters, cijfers en tekens.
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 15 - Quizvraag

Benoem het rode zinsdeel.
In een veilig wachtwoord vind je hoofdletters, kleine letters, cijfers en tekens.
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 16 - Quizvraag

Benoem het rode zinsdeel.
In een veilig wachtwoord vind je hoofdletters, kleine letters, cijfers en tekens.
A
o (onderwerp)
B
wg (werkwoordelijk gezegde)
C
lv (lijdend voorwerp)
D
bwb (bijwoordelijke bepaling)

Slide 17 - Quizvraag

Gebruik voor het beantwoorden van de volgende vragen deze afkortingen:
  • wg
  • o
  • lv
  • bwb

Slide 18 - Tekstslide

Welk zinsdeel is 'Ik' ?

Ik gebruik vanaf nu bijvoorbeeld JoepieDePoepie2019#@%$&*!.

Slide 19 - Open vraag

Welk zinsdeel is 'gebruik' ?

Ik gebruik vanaf nu bijvoorbeeld JoepieDePoepie2019#@%$&*!.

Slide 20 - Open vraag

Welk zinsdeel is 'vanaf nu' ?

Ik gebruik vanaf nu bijvoorbeeld JoepieDePoepie2019#@%$&*!.

Slide 21 - Open vraag

Welk zinsdeel is 'bijvoorbeeld' ?

Ik gebruik vanaf nu bijvoorbeeld JoepieDePoepie2019#@%$&*!.

Slide 22 - Open vraag

Welk zinsdeel is 'JoepieDePoepie2019#@%$&*!' ?

Ik gebruik vanaf nu bijvoorbeeld JoepieDePoepie2019#@%$&*!.

Slide 23 - Open vraag

Nog een paar bijwoordelijke bepalingen.

Slide 24 - Tekstslide

Welke opties zijn de bijwoordelijke bepalingen? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
In de zomer gaan mijn moeder en ik weer zeilen.
A
in de zomer
B
mijn moeder en ik
C
weer
D
gaan zeilen

Slide 25 - Quizvraag

Welke opties zijn de bijwoordelijke bepalingen? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
Midden in de nacht stond hij voor de deur te schreeuwen.
A
midden in de nacht
B
voor de deur
C
hij
D
stond te schreeuwen

Slide 26 - Quizvraag

Welke opties zijn de bijwoordelijke bepalingen? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
Altijd achter die computer zitten gaat ook vervelen.
A
Altijd
B
achter die computer
C
zitten
D
ook

Slide 27 - Quizvraag

Goed zo!
Je hebt alle opdrachten gemaakt!
Heb je nog vragen? Geef ze door op de volgende slide.

Tot volgende week!

Slide 28 - Tekstslide

Wat wil je nog weten?

Slide 29 - Open vraag