Leerdoel 3
9.4.3 Je kunt de inwendige delen van een oog noemen met hun functies.
• Delen aan de binnenkant van het oog:
– Lens: zorgt ervoor dat je dingen scherp kunt zien.
– Glasachtig lichaam: bestaat uit doorzichtig, zacht materiaal dat alle onderdelen van het oog op hun plaats houdt.
– Netvlies: hierin liggen de zintuigcellen die licht omzetten in impulsen.
– Vaatvlies: hierin liggen veel bloedvaten die het oog van voeding voorzien en afvalstoffen afvoeren.
– Oogzenuw: geeft impulsen van de zintuigcellen door aan de grote hersenen.
Leerdoel 4
9.4.4 Je kunt de werking van de ogen uitleggen.
• De weg van het licht door het oog: hoornvlies → pupil → lens → glasachtig lichaam → netvlies
• In het oog wordt een beeld gevormd op het netvlies.
– Dit beeld is ondersteboven en verkleind.
– De impulsen van de zintuigcellen worden doorgegeven aan de grote hersenen.
– De grote hersenen vertalen deze impulsen naar een beeld, zodat je het beeld weer rechtop en op de juiste grootte ziet.
• Je kunt van dichtbij of in de verte scherp zien.
– Als de lens bol is, zie je voorwerpen van dichtbij scherp.
– Als de lens plat is, zie je voorwerpen in de verte scherp.
• Oogspieren: draaien het oog in de gewenste richting.