Spelling: Engelse werkwoorden en hoofdletters
1 / 17
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Zet het werkwoord in de juiste vorm. Gisteren (downloaden) de leerlingen de nieuwste film van Dikkertje Dap.
Slide 2 - Open vraag
Zet het werkwoord in de juiste vorm. Heb je dat document nog (updaten)?
Slide 3 - Open vraag
Zet het werkwoord in de juiste vorm. Heb je dat (e-mailen) documentje nog ontvangen?
Slide 4 - Open vraag
Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Hij (baseballen, t.t.) op hoog niveau.
Hij (baseballen, t.t.) op hoog niveau.
Slide 5 - Open vraag
Zet het werkwoord in de juiste vorm.
Vorig jaar (linedancen) de hele groep met veel plezier.
Vorig jaar (linedancen) de hele groep met veel plezier.
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
De maand december* valt grotendeels in de herfst*.
A
December - herfst
B
december - Herfst
C
December - Herfst
D
december - herfst
Slide 10 - Quizvraag
De *tachtigjarige oorlog was pas na de middeleeuwen.
A
Tachtigjarige Oorlog - middeleeuwen
B
tachtigjarige oorlog - Middeleeuwen
C
Tachtigjarige Oorlog - Middeleeuwen
D
tachtigjarige oorlog - middeleeuwen
Slide 11 - Quizvraag
Met kerstmis* heb veel kerstkaarten* gestuurd.
A
Kerstmis - kerstkaarten
B
kerstmis - Kerstkaarten
C
Kerstmis - Kerstkaarten
D
kerstmis - kerstkaarten
Slide 12 - Quizvraag
Leest iedere christen* in de bijbel*?
A
Christen - bijbel
B
christen - Bijbel
C
Christen - Bijbel
D
christen - bijbel
Slide 13 - Quizvraag
Welke hoofdletters zijn correct?
Wie is de nieuwe voorzitter van de tweede* kamer*.
Wie is de nieuwe voorzitter van de tweede* kamer*.
A
Tweede kamer
B
tweede Kamer
C
Tweede Kamer
D
tweede kamer
Slide 14 - Quizvraag
Dit moet je aan mevrouw *van *der *ploeg vragen.
A
mevrouw Van der Ploeg
B
mevrouw van der Ploeg
C
mevrouw Van Der Ploeg
D
mevrouw van Der Ploeg
