01-12-2021 4havo

Lineaire verbanden
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lineaire verbanden

Slide 1 - Tekstslide

Los op en rond af op 1 decimaal:
37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)

Slide 2 - Open vraag

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)


Slide 3 - Tekstslide

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)
37,5x + 125 = -7x + 2x + 214,2

Slide 4 - Tekstslide

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)
37,5x + 125 = -7x + 2x + 214,2
37,5x + 125 = -5x + 214,2

Slide 5 - Tekstslide

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)
37,5x + 125 = -7x + 2x + 214,2
37,5x + 125 = -5x + 214,2
42,5x + 125 = 214,2 

Slide 6 - Tekstslide

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)
37,5x + 125 = -7x + 2x + 214,2
37,5x + 125 = -5x + 214,2
42,5x + 125 = 214,2 
42,5x = 89,2

Slide 7 - Tekstslide

37,5x + 125 = -7x + 2(x + 107,1)
37,5x + 125 = -7x + 2x + 214,2
37,5x + 125 = -5x + 214,2
42,5x + 125 = 214,2 
42,5x = 89,2
x ≈ 2,1

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de vergelijking behorend bij de grafiek?
A
y = -1/3x + 2
B
y = -1/3x+6
C
y = -3x + 2
D
y = -3x + 6

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Bereken de coördinaten van het snijpunt S van de lijnen y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4

Slide 13 - Open vraag

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
-0,5x + 3 = 3,5x - 4 

Slide 14 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
-0,5x + 3 = 3,5x - 4 
3 = 4x - 4

Slide 15 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
-0,5x + 3 = 3,5x - 4 
3 = 4x - 4
7 = 4x

Slide 16 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
-0,5x + 3 = 3,5x - 4 
3 = 4x - 4
7 = 4x
x = 1,75

Slide 17 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
x = 1,75

y = 3,5x - 4


Slide 18 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
x = 1,75

y = 3,5x - 4
y = 3,5 ∙ 1,75 - 4

Slide 19 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
x = 1,75

y = 3,5x - 4
y = 3,5 ∙ 1,75 - 4
y = 2,125

Slide 20 - Tekstslide

y = -0,5x + 3 en y = 3,5x - 4
x = 1,75

y = 3,5x - 4
y = 3,5 ∙ 1,75 - 4
y = 2,125
Dus snijpunt is S(1,75 ; 2,125)

Slide 21 - Tekstslide

y = -0,5x + 3
Snijpunten x-as en y-as
Punt waarop x en y coördinaat gelijk zijn.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

y = 4x + 6

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

In welke tabel(len) is sprake van een evenredig verband?
A
A
B
B
C
Geen
D
Beide

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Geef de formule van het evenredige verband in tabel B.

Slide 30 - Open vraag

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 3.1 en 3.2
Opgaven 17, 18, 24, 27 en 28 (blz 115 t/m 119)

Slide 32 - Tekstslide