3.3: De WIC en Suriname

3.3: De WIC en Suriname
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.3: De WIC en Suriname

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
  • Bespreken opdrachten over Jan Pieterszoon Coen
  • Bespreken opdracht 9 uit het werkboek
  • verdere vragen over paragraaf 3.2?
  • Start 3.3: De WIC en Suriname
  • aan de slag met opdrachten 

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les:
... Heb je laten zien dat je je mening over een stelling kunt geven en deze uit kunt leggen aan de hand van verschillende argumenten.
... Heb je laten zien dat je verschillende soorten oorzaken kunt toepassen in opdrachten.
... Kun je uitleggen met welk doel de WIC werd opgericht
... Kun je uitleggen hoe Nederland Suriname in bezit kreeg.

Slide 3 - Tekstslide

Dit weet ik nu over:
Jan Pieterszoon Coen

Slide 4 - Woordweb

Mijn mening over de stelling: "Jan Pieterszoon Coen was een slechte man die we niet met standbeelden zouden moeten vereren. "

Slide 5 - Open vraag

Door welke oorzaak raakten porselein en sitsen stoffen in de mode?
Was dat een economische, politieke, religieuze of culturele oorzaak?
Gebruik bron W13.

Slide 6 - Open vraag

Was dat een bedoeld of een onbedoeld gevolg van de handelsreizen naar Azië?
Leg je antwoord uit.
Gebruik bron W13.

Slide 7 - Open vraag

Wat zegt die mode over de Nederlanders?
Wat zegt het over hun opvattingen en manier van doen, hun cultuur dus, dat ze zulke dingen uit vreemde culturen waardeerden? Gebruik bron W13.

Slide 8 - Open vraag

Vertel nu waarom de mode van sitsen stoffen ook een culturele oorzaak had.
Gebruik bron W13.

Slide 9 - Open vraag

Waaruit blijkt dat men op het platteland veel langer bleef vasthouden aan de mode?
Gebruik bron W14.

Slide 10 - Open vraag

Wat voor soort oorzaak had dat, denk je, economisch, politiek, religieus of cultureel?
Gebruik bron W14.

Slide 11 - Open vraag

De Oost en de VOC
vragen over de paragraaf?

Slide 12 - Woordweb

3.3: De WIC en Suriname
deelvraag:
Waar hield de WIC zich mee bezig en waardoor ontstond de trans-Atlantische slavenhandel?

Slide 13 - Tekstslide

Dit weet ik al over de WIC

Slide 14 - Woordweb

Fort Elmina:
  • Portugezen kopen slaven op de West-Afrikaanse kust om te werken op de suikerplantages in Brazilië.
  • In Afrika waren krijgsgevangenen altijd al als slaaf verhandeld.
  • Aanvoer is niet constant, afhankelijk van oorlogen
  • Portugezen bouwen een fort om slaven te 'bewaren'  tot ze naar Brazilië konden worden vervoerd. 

Slide 15 - Tekstslide

Hadden de Portugezen de slavenhandel bedacht?
A
Ja
B
Nee er was al slavenhandel

Slide 16 - Quizvraag

Wat zijn krijgsgevangenen?

Slide 17 - Open vraag

Wist je dat er al voor de Europeanen slavernij was in Afrika?
Ja
Nee

Slide 18 - Poll

Maakt dat deze handel al bestond de slavernij minder slecht?
Ja
Nee

Slide 19 - Poll

Kaapvaart en Manhattan:
  • 1621 oprichting WIC (West- Indische Compagnie)  gericht op West-Afrika en Amerika.
  • monopolie op de handel gegeven door de Staten- Generaal.
  • met kaperbrieven kaapte de WIC Spaanse en Portugese schepen beladen met goud, zilver, koffie en suiker voor Europa.

Slide 20 - Tekstslide

Kaapvaart en Manhattan:
  • Zilvervloot, Piet Hein 1628 

Slide 21 - Tekstslide

Kaapvaart en Manhattan:
  • 1624: WIC bouwt op het eiland Manhattan in Noord- Amerika het fort Nieuw- Amsterdam.
  • Handelsfactorij voor handel in beverbont en tabak met Indianen.
  • kolonie Nieuw Nederland maken lukte niet, weinig mensen uit de Republiek voelden er wat voor om er te wonen en werken. 

Slide 22 - Tekstslide

Kaapvaart en Manhattan:
  • WIC ruilt in 1667 Nieuw Nederland met de Engelsen voor Suriname.
  • Nieuw Amsterdam wordt zo New York
  • Suriname een kolonie van de Republiek 

Slide 23 - Tekstslide

Het ruilen van Nieuw Nederland voor Suriname met de Engelsen was een dom plan
Ja
Nee

Slide 24 - Poll

Aan de slag:
  • Zoek uit of er in New York nog dingen zijn te vinden die herinneren aan de tijd dat het Nieuw Amsterdam was, zoek zoveel mogelijk afbeeldingen en verwerk die in een Piccollage (inleveren volgende les in de les)
  • Lees blz. 66 uit je lesboek
  • Maak uit je werkboek opdr. 1 t/m 5 

Slide 25 - Tekstslide