6V Zuid-Amerika §2.2

§2.2 Armoede en Welvaart
Lesdoelen
1. Bespreken §2.1 opdr. 2- 5, 7 & 8
2. Bespreken §2.2
3.  Herhalen importsubstitutie en exportvalorisatie
Huiswerk 
Maken  §2.2 opdr. 3 - 8 en 10

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

§2.2 Armoede en Welvaart
Lesdoelen
1. Bespreken §2.1 opdr. 2- 5, 7 & 8
2. Bespreken §2.2
3.  Herhalen importsubstitutie en exportvalorisatie
Huiswerk 
Maken  §2.2 opdr. 3 - 8 en 10

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat wordt verstaan onder duale economie?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Landbouw
Agrarische transitie = overgang van een maatschappij gericht op de landbouw (primaire sector) naar een maatschappij gericht op industrie (secondaire sector) en diensten (tertiaire sector).
De-agrarisatie = afname van belang van de landbouw (qua werk en aandeel totale productie) in een maatschappij.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is géén gevolg van de-agrarisatie?
A
Afname werkgelegenheid
B
Toename import voedsel
C
Daling kindersterfte
D
Toename belang tertiaire sector

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Sociale polarisatie op het platteland
Grote landbouwbedrijven tegenover kleine keuterboeren
Latifundia                        vs.                                     Minifundia

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Een voordeel van importsubstitutie was dat het zorgde voor
A
werkgelegenheid
B
goedkope producten
C
goede producten
D
goede externe relaties

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Exportvalorisatie wil zeggen dat er
A
producten worden uitgevoerd
B
grondstoffen worden bewerkt voordat ze worden uitgevoerd
C
minder producten worden uitgevoerd
D
producten die werden uitgevoerd nu voor eigen consumptie worden gebruikt

Slide 22 - Quizvraag