L3-6 Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen een ontleedbare en niet-ontleebare stof en kan hier enkele voorbeelden van noemen.
L3-7 Ik ken alle belangrijke formules van stoffen uit tabel 3.2 uit mijn hoofd.
L3-8 Ik ken de Griekse telwoorden 1 t/m 6 uit mijn hoofd.
L3-9 Ik kan de systematische naam van een stof opstellen door gebruik te maken van de kennis uit de leerdoelen L3-1 t/m L3-8.
L3-10 Je kunt vanuit een molecuulformule de systematische naam maken en vanuit de systematische naam de molecuulformule achterhalen.