5 Reading (les 2)

TAG QUESTIONS 3.5
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

TAG QUESTIONS 3.5

Slide 1 - Tekstslide

You don't like this, do you?

Slide 2 - Tekstslide

Question TAG:
aangeplakt stukje om er een vraag van te maken

You know the way, DON'T YOU?

Slide 3 - Tekstslide

Wat is de tag?
'You don't like it, do you?'

Slide 4 - Woordweb

wat valt je op
aan deze
zinnen?

Slide 5 - Tekstslide

+ en -
Een bevestigende zin (waar in staat dat iets zo is) heet in het Engels 'a positive sentence.
Pos
Een bevestigende zin (waarin staat dat iets wel zo is) noemen we 'a positive sentence' . 
POSITIEF kun je aangeven met: +

Een ontkennende zin (waarin staat dat iets NIET zo is)
noemen we 'a negative sentence'
NEGATIEF kun je aan geven met:  -

Een TAG QUESTION is net als een batterij (+ en - )

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Let's practice!

Slide 9 - Tekstslide

You are quite good, ____________________?

Slide 10 - Open vraag

That dog is very young, ____________________?
A
is it?
B
isn't it?
C
is that dog?
D
aren't it?

Slide 11 - Quizvraag

He is tall and skinny, .........?
A
Is he?
B
Isn't he?
C
Are he?

Slide 12 - Quizvraag

You are not feeling well, .........?
A
Aren't you?
B
Are you?
C
Is you?

Slide 13 - Quizvraag

Rihanna is performing at your party, .......?
A
Isn't she?
B
Is she?
C
are she?

Slide 14 - Quizvraag