1vwo herhaling lezen NN H1, H2 en H5 + H3 nieuw

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,2

Lezen

Herhaling

H1

H2

en H5

Beantwoord de vragen bij H1

H1 p12: Het onderwerp van een tekst

1. Waarom is het belangrijk om te weten wat het onderwerp van een tekst is? (voordat je 'm helemaal leest?)

2. Hoe moet je een tekst lezen om het onderwerp te vinden?

3. Wat zijn alinea's?

4. Wat doe je als je leest op de manier van vraag 2?

Waarom is het belangrijk het onderwerp te weten voordat je een tekst helemaal gaat lezen?

1. Dan weet je waar het over gaat
2. Dan begrijp je de tekst beter
3. Dan kun je vast informatie opzoeken
4. Dan kun je je oriënteren

Wat zijn alinea's?

1. Kleine stukjes waarin de tekst verdeeld is
2. 4 zinnen over een onderwerp
3. Regels van de tekst
4. Tussenkopjes

Hoe moet je een tekst lezen om het onderwerp te vinden?

1. Zoekend
2. Precies
3. Oriënterend
4. Globaal

Wat doe je bij oriënterend lezen?

1. De tekst heel precies lezen
2. Elke eerste en laatste zin van een alinea lezen
3. Je zoekt dan informatie in de tekst
4. De tekst als geheel bekijken en de eerste alinea lezen

Beantwoord de vragen bij H2

H2 Deelonderwerpen pagina 44/45

1. Wat zijn deelonderwerpen? 

2. Waar vind je de deelonderwerpen meestal in de tekst?

Kies uit: inleiding, middenstuk of het slot.

3. Hoe vind je deelonderwerpen in de tekst en welke manier van lezen gebruik je daarbij?

4. Wat doe je als je deze manier van lezen toepast?

Wat zijn deelonderwerpen?

1. Verschillende aspecten (kanten/delen) van het onderwerp
2. Het belangrijkste wat over een onderwerp gezegd wordt
3. Alinea's over partijen, verkiezingen en de tweede kamer
4. Tekstgedeeltes, zoals inleiding en slot

Waar vind je deelonderwerpen vooral?

1. titel
2. inleiding
3. middenstuk
4. slot

Hoe vind je de deelonderwerpen?

1. Lees de tekst heel precies
2. Lees de tekst zoekend door
3. Lees de tekst globaal door
4. Lees de tekst oriënterend door

Wat doe je bij globaal lezen?

1. De tekst heel precies lezen
2. Elke eerste en laatste zin van een alinea lezen
3. Je zoekt dan informatie in de tekst
4. De tekst als geheel bekijken en de eerste alinea lezen

Om de prijs van een bioscoopkaartje te achterhalen ga je op de website van de bioscoop:

1. precies lezen
2. oriënterend lezen
3. zoekend lezen
4. globaal lezen

Beantwoord de vraag bij H5

H5 tekstdoelen, pagina 140

1. Welke vier tekstdoelen ken je?

Welke tekstdoelen zijn er?

1. amuseren, informeren, overtuigen en verleiden
2. amuseren, informeren, overhalen en pakken
3. amuseren, informeren, overtuigen en activeren
4. informeren, overtuigen, activeren en verleiden

Wat is een column?

1. naam van een tijdschrift
2. vaste rubriek in krant of tijdschrift
3. soort nieuwsbericht
4. ingezonden brief

Welk twee tekstdoelen passen bij de tekstsoort: column?

1. overtuigen en activeren
2. informeren en amuseren
3. amuseren en verleiden
4. overtuigen en amuseren

Wat betekent het tekstdoel: activeren?

1. je mening overbrengen
2. informatie geven
3. zorgen dat iemand iets gaat doen
4. ingespannen bezig zijn

Wat is het tekstdoel van een instructie?

1. informeren
2. amuseren
3. overtuigen
4. activeren

Wat is het tekstdoel van een recensie?

1. informeren
2. amuseren
3. overtuigen
4. activeren

Nieuw in hoofdstuk 3

Inleiding

Slot 

Hoofdgedacht

Inleiding

• Het eerste deel van de tekst
• Vaak 1, 2 of 3 alinea's
• De inleiding maakt duidelijk wat het onderwerp van de tekst is.
• Vaak een anekdote (kort verhaaltje), voorbeeld of iets uit het nieuws. 

Slot

• Het laatste deel van de tekst
• Vaak een conclusie of samenvatting
• Nieuwsberichten en informatieve teksten hebben vaak geen slot. 
  

Hoofdgedachte

• Een samenvatting van de tekst in een volledige zin.
• Staat vaak in inleiding of slot. 
• Soms moet je de hoofdgedachte zelf formuleren. 
• Om de hoofdgedachte te vinden, moet je precies lezen.

Aan de slag!

Maak H3 lezen opdracht 1.

Werk op papier, in je boek, dan kun je dingen in de tekst aanstrepen.

Huiswerk

Woensdag:

• Maak af: H5 formuleren
• Maak af: H3 lezen opdracht 1

Vrijdag:

• Maak het boekfilmpje af en lever het in (je hebt dus 2 dagen uitstel)