Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Par. 4.5 Buurtprofiel
H4 - Leefomgeving Stedelijke gebieden
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H4 - Leefomgeving Stedelijke gebieden
Slide 1 - Tekstslide
Par. 4.5 Het buurtprofiel
Je weet wat
de vier woningkenmerken
zijn en met welke termen je deze kunt omschrijven.
Je weet wat
de vijf bewonerskenmerken
zijn en met welke termen je deze kunt omschrijven.
Je begrijpt hoe kenmerken van woningen en bewoners
samenhangen
.
Slide 2 - Tekstslide
Par 4.6 De woonomgeving
Je weet hoe je de veiligheid van een wijk en de openbare ruimte kunt beoordelen.
Je weet welke maatregelen een positief gevolg hebben voor de leefbaarheid in een wijk.
Je kunt maatregelen noemen waarmee het gemeentelijk bestuur de sociale cohesie in een wijk kan bevorderen.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is leefbaarheid volgens jou?
Slide 4 - Woordweb
Lees de tekst over woningkenmerken. Beschrijf jouw huis. Waar zal jouw huis volgens de tekst onder vallen?
Slide 5 - Open vraag
Herstructurering heeft als voornaamste doel...
A
Een betere woonomgeving.
B
Inwoners uit een anders economische klasse aantrekken
C
Modernere/betere huizen voor de bewoners.
D
Meer ruimte voor parkeren in de voorheen nauwe straten
Slide 6 - Quizvraag
Segregatie is...
A
in Nederland vooral op basis van etniciteit
B
de sociale cohesie tussen bevolkingsgroepen
C
het onderling verbonden zijn van mensen
D
het gescheiden leven van bevolkingsgroepen
Slide 7 - Quizvraag
Wat is gentrification?
A
Het proces waarbij verschillende mensen meer gaan samenwerken
B
Het proces als gevolg waarvan een wijk een hoger verzorgingsniveau krijgt
C
Het proces waarbij mensen met een hoger inkomen in een armere wijk komen wonen
D
Een proces als gevolg waarvan uiteindelijk woningen worden gesloopt
Slide 8 - Quizvraag
Kwaliteit woningvoorraad
Aan woningen is te zien in welke tijd ze gebouwd werden en hoe de leefomstandigheden op dat moment waren.
Eind 19e eeuw: industrialisatie en urbanisatie, goedkope huurwoningen voor arbeiders. Slechte leefomstandigheden -> 1901 woningwet;
Na WOII: woningnood, goede kleine eengezinswoningen;
Woningnood blijft aan: portiekflats met plantsoenen en parkeerplaatsen;
Jaren '70: galerijflats, ruime flats, veel voorzieningen en openbaar groen;
Na 1980: stadsvernieuwing + nieuwbouwwijken middeninkomens;
Na 1985: aantrekkelijke stad -> nieuwe dure huizen.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Woningkenmerken / Bewonerskenmerken
Oudere, goedkopere, slecht onderhouden huurwoningen
(flatwijken, vooroorlogse wijken) ->
arme mensen
(niet-westerse allochtonen, alleenstaande ouders, ouderen)
duurdere, goed onderhouden koopwoningen
(jaren '30, vinex, monumentale stadswoningen ->
hoger inkomen
(gezinnen met kinderen en autochtonen)
Slide 11 - Tekstslide
19e -eeuwse arbeiderswijk
Vroeger arm, nu populair onder relatief jonge (rijke) mensen met 1 of 2 kinderen
Slide 12 - Tekstslide
Woningkenmerken?
±1910, woningbouwcorporatie, etagewoningen, goed onderhouden.
Bewonerskenmerken?
Kleine huishoudens, veel allochtonen, laag inkomen, veel alleenstaanden.
Slide 13 - Tekstslide
Woningkenmerken?
Jaren '60/'70, corporatie, galerijflat, vaak redelijk goed onderhouden.
Bewonerskenmerken?
Ruime flats: grotere huishoudens met kinderen, veel allochtonen, laag-midden inkomen.
Slide 14 - Tekstslide
Woningkenmerken?
Na 1990, koop en ± 30% sociale huur, rijtjes / appartementen, vrijstaand, goed onderhouden, want nieuw.
Bewonerskenmerken?
Gemiddeld grotere huishoudens, hogere inkomens, autochtonen, gezinnen met kinderen.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Wat is geen woningkenmerk?
A
Type woning
B
Percentage eenpersoonshuishoudens
C
Onderhoudsniveau
D
Eigendom
Slide 17 - Quizvraag
Welke drie in de opsomming zijn bewonerskenmerken?
A
Ouderdom van de woning, gezinsfase, hoogte van het inkomen.
B
Leeftijd, woningtype, grootte van het huishouden.
C
Hoogte van het inkomen, etniciteit, staat van onderhoud
D
Gezinsfase, opleidingsniveau, grootte van het huishouden
Slide 18 - Quizvraag
Wat kan een gemeente met de informatie uit een buurtprofiel?
Slide 19 - Open vraag
Wat is de samenhang tussen woning- en bewonerskenmerken?
Slide 20 - Open vraag
Welke aanpassingen zou jij maken in je eigen buurt?
Slide 21 - Woordweb
Meer lessen zoals deze
4.5 Buurtprofiel
Mei 2019
- Les met
16 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
Par. 3.5 Buurtprofiel
Maart 2021
- Les met
20 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Par. 3.5 Buurtprofiel
Maart 2022
- Les met
31 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.5 Buurtprofiel
Maart 2024
- Les met
22 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
3.5 Het buurtprofiel
Maart 2023
- Les met
19 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 AK 4.5
Maart 2020
- Les met
16 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.5 het buurtprofiel
April 2023
- Les met
20 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Les 4 - periode 3 (H3)
Maart 2021
- Les met
35 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4