Zouten
Vis wordt gezouten om te zorgen dat hij langer houdbaar is. Zout onttrekt namelijk water aan de vis. Daardoor droogt het visvlees. Vroeger werd zouten veel toegepast.
Tegenwoordig wordt vis meestal diepgevroren in plaats van gezouten. Alleen ansjovis, kabeljauw en haring worden nog gezouten.
Je kunt vis droogzouten en natzouten:
Droogzouten: De vis wordt met zout dat is goedgekeurd voor consumptie bestrooid. Het vocht dat dan vrijkomt, wordt afgevoerd. De vis is dan enkele dagen houdbaar in de koelkast.
Natzouten: De vis wordt in een pekelbad gelegd.
Daarnaast zit er verschil in licht, matig of zwaar gezouten vis:
Licht zouten: Het visvlees heeft een zoutgehalte tussen 1% en 7%.
Matig zouten: Het visvlees heeft een zoutgehalte tussen 7% en 12%.
Zwaar zouten: Het visvlees heeft een zoutgehalte van meer dan 12%.
Na het zouten wordt de vis soms nog verder verwerkt, bijvoorbeeld gerookt, gestoomd of gemarineerd.