Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.
Je kan vanuit de beginbalans en mutatiebalansen een eindbalans maken.
Slide 2 - Tekstslide
Les A3B
Donderdag 18 april komt collega Miedema langs voor een lesbezoek. Zij heeft wel eens eerder lessen van mij bezocht en helpt mij een nóg betere docent te worden.
Ze gaat mij die les filmen, deze beelden worden alleen door ons bekeken.
Slide 3 - Tekstslide
Planning
Datum:
Onderwerp
18-03 / 21-03
T/m opdracht 5.11
25-03 / 28-03
t/m opdracht 5.16
01-04 / 04-04
Pasen
08-04 / 11-04
t/m opdracht 5.18
15-04 / 18-04
btw opdrachten + herhalen
22-04 / 25-4
Toets
Slide 4 - Tekstslide
Debiteuren en crediteuren (blz. 65)
Debiteuren: ?
Crediteuren: ?
Slide 5 - Tekstslide
Debiteuren en crediteuren (blz. 65)
Debiteuren: dit zijn klanten waar je nog geld van krijgt. Het staat als bezit op de balans.
Crediteuren: dit zijn leveranciers waar jij als bedrijf nog geld aan moet betalen. Dit staat als schuld op de balans.
Slide 6 - Tekstslide
Afschrijving?
Wat houdt afschrijven in?
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Afschrijving (blz. 67)
Afschrijving: boekhoudkundige waardevermindering van duurzame productiemiddelen.
Duurzame productiemiddelen: zijn activa (bezittingen) die meer dan één productieproces meegaan --> langer dan 1 jaar.
Slide 9 - Tekstslide
Route naar de eindbalans
Beginbalans --> balans van het begin van de periode
Mutatiebalansen --> allerlei gebeurtenissen zoals kosten, inkopen en verkopen
Eindbalans --> de beginbalans gecorrigeerd met de mutatiebalansen
Slide 10 - Tekstslide
Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 5.18 vanaf bladzijde 68.
Tijd: 15 minuten
Hulp nodig?: gebruik de antwoorden in de tabel van blz. 67 en 68
Eerste vijf minuten zelf proberen dan pas voor vragen naar de docent.
Klaar: maak opdracht 5.19 en 5.20 op blz. 69.
Let op: zet ook de berekeningen in je schrift
timer
15:00
Slide 11 - Tekstslide
5.2 Resultatenrekening blz. 68
De resultatenrekening is een overzicht van de kosten en opbrengsten van een bedrijf in een bepaald jaar.
De balans is een momentopname de resultatenrekening gaat over een periode.
Slide 12 - Tekstslide
5.2 Resultatenrekening blz. 68
Op de balans staan bezittingen en schulden
Voorraadgrootheden --> gemeten op een bepaald tijdstip.
Op de resultatenrekening staan opbrengsten en kosten
Stroomgrootheden --> gemeten over een bepaalde periode.
Slide 13 - Tekstslide
Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 5.19 t/m 5.21 vanaf bladzijde 69.
Wij starten deze opdracht samen op.
Tijd: 10 minuten
Hulp nodig?: Lees eerst de theorie goed door.
Eerste vijf minuten zelf proberen dan pas voor vragen naar de docent.
Klaar: maak opdracht 5.22 op blz. 69,
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Ik wil ondernemer worden.
A
Ja, absoluut!
B
Het behoort tot de mogelijkheden.
C
Nee joh, veel te veel gedoe.
D
Ik ben al ondernemer.
Slide 15 - Quizvraag
Afsluiting les:
Doelen:
- Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.
- Je kan vanuit de beginbalans en mutatiebalansen een eindbalans maken.