H5, les 4

Economie jaar 3
Hoofdstuk 5
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Economie jaar 3
Hoofdstuk 5

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van de les
  • Herhalen vorige les
  • Theorie afschrijving
  • Opdrachten hoofdstuk 5 --> 5.12 t/m 5.17
  • Uitleg 'eindbalans'
  • Opdracht 5.18

Doelen: 
Je kan het verschil uitleggen tussen debiteuren en crediteuren
Je kan het begrip 'afschrijving' uitleggen. 
Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.



Slide 2 - Tekstslide

Planning
Datum:
Onderwerp
18-03 / 21-03
T/m opdracht 5.11
25-03 / 28-03
t/m opdracht 5.16
01-04 / 04-04
Pasen
08-04 / 11-04
t/m opdracht 5.18
15-04 / 18-04
btw opdrachten + herhalen
22-04 / 25-4
Toets

Slide 3 - Tekstslide

Planning atheneum
Datum:
Onderwerp les 1:
Onderwerp les 2:
25-03 / 28-03
H4
Begin H5
01-04 / 04-04
Pasen
t/m 5.11
08-04 / 11-04
t/m 5.14
t/m 5.17
15-04 / 18-04
5.18
Resultatenrekening
22-04 / 25-4
btw
btw + oefentoets

Slide 4 - Tekstslide

De balans (blz. 63)
De balans is een overzicht van alle bezittingen, schulden en het eigen vermogen van een bedrijf op een bepaald moment.’

Het is een momentopname, daarom staat er ook altijd een datum boven de balans.



Slide 5 - Tekstslide

Mutatiebalans (blz. 64)
  • Een mutatiebalans geeft weer welke balansposten met welk bedrag toe- of afnemen.
  • Alleen de balansposten die veranderen en het bedrag waarmee ze veranderen, nemen we op in de mutatiebalans.














Slide 6 - Tekstslide

Debiteuren en crediteuren (blz. 65)
Wat is het verschil tussen debiteuren en crediteuren?

Denk hier over na, jullie krijgen 1 minuut de tijd!

Slide 7 - Tekstslide

Debiteuren en crediteuren (blz. 65)
Debiteuren: dit zijn klanten waar je nog geld van krijgt. Het staat als bezit op de balans.

Crediteuren: dit zijn leveranciers waar jij als bedrijf nog geld aan moet betalen. Dit staat als schuld op de balans. 

Slide 8 - Tekstslide

Eigen vermogen 
Dit heeft de ondernemer zelf ingebracht in de onderneming. Spaargeld van de ondernemer. 
Het staat als schuld op de balans (rechts), omdat de onderneming een schuld heeft aan de ondernemer. 

Hoe veranderd het eigen vermogen:
  • Door winst stijgt het eigen vermogen.
  • Door kosten daalt het eigen vermogen. 

Slide 9 - Tekstslide

Opdrachten vorige les bespreken: 'denken delen uitwisselen'
Ga naar opdracht 5.11 t/m 5.17 op blz. 66.
Deel 1: Jullie gaan in tweetallen de antwoorden vergelijken. 
Tijd: jullie krijgen daar 5 minuten de tijd voor.
Deel 2: klassikaal bespreken +- 5 minuten

Klaar? Maak opdracht 5.18 op blz. 68.

timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Afschrijving (blz. 67)
Afschrijving: boekhoudkundige waardevermindering van duurzame productiemiddelen. 
In de boekhouding spreiden van de aankoopkosten over de levensduur. 

Duurzame productiemiddelen: zijn activa die meer dan één productieproces meegaan --> langer dan 1 jaar. 


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Transfer Bergwijn?!
Investering Bergwijn:
31 miljoen
Contractduur:
Vijf jaar
Geen rekening houden met restwaarde

31 / 5 = 6,2 miljoen afschrijvingskosten per jaar

Slide 13 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maak opdracht 5.15 t/m 5.17 op blz. 66 en 67.

Deel 1: Jullie krijgen eerst 5 minuten zelf de tijd, dus eerst zelf proberen en overleg zachtjes met diegene die naast je zit.
Deel 2: Na 10 minuten pakken wij het heel even klassikaal op. 

Hulp nodig? Eerst goed de tekst boven de vraag lezen! Daarna: vraag het rustig aan diegene die naast je zit.
Klaar? Maak opdracht 5.18 op blz. 68.

timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

Route naar de eindbalans
Beginbalans --> balans van het begin van de periode

Mutatiebalansen --> allerlei gebeurtenissen zoals kosten, inkopen en verkopen

Eindbalans --> de beginbalans gecorrigeerd met de mutatiebalansen


Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten maken
Wat: Maak opdracht 5.18 vanaf bladzijde 68.
Wij starten deze opdracht samen op. 
Tijd: 20 minuten
Hulp nodig?: gebruik de antwoorden in de tabel van blz. 67 en 68
Eerste vijf minuten zelf proberen dan pas voor vragen naar de docent. 
Klaar: maak opdracht 5.19 en 5.20 op blz. 69.

Let op: zet ook de berekeningen in je schrift
timer
20:00

Slide 16 - Tekstslide

Afsluiting les:
Doelen: 
- Je kan het verschil uitleggen tussen debiteuren en crediteuren
- Je kan het begrip 'afschrijving' uitleggen.
- Je kan vanuit verschillende gebeurtenissen een mutatiebalans maken.

Slide 17 - Tekstslide