H4beco. H17. 03. Reserves + Intrinsieke waarde

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

X nv geeft 200.000 aandelen uit tegen een emissiekoers van €15 met een nominale waarde van €12. Bereken de toename van de agioreserve.

Leerdoel

Aan het eind van de les kan je 

- verschillende soorten reserves benoemen;

- de intrinsieke waarde van een aandeel berekenen. 

3 soorten reserves

Winstreserve

Agioreserve

Herwaarderingsreserve

Herwaarderingsreserve

Debet			Credit
Gebouw	€500.000	Aandelenkap.	€400.000
Overige activa	€250.000	VV	€300.000
Totaal	€750.000	Totaal	€750.000

Herwaarderingsreserve

Debet			Credit
Gebouw	€600.000	Aandelenkap.	€400.000
Overige activa	€250.000	Herwaarderingsreserve	€100.000
		VV	€300.000
Totaal	€850.000	Totaal	€850.000

Waarom reserves aanhouden?

- Iets achter de hand houden voor slechte tijden.

- VV omruilen voor EV --> daling interestkosten.

- Dividendstabilisatie.

- Uitbreiding in de toekomst.

EV = Bezittingen - VV

1. Eens
2. Oneens

		Aandelenkap.	€200.000
		Agio reserve	€60.000
		Lening	€200.000
Totale activa	€460.000	Totale passiva	€460.000

1. EV = €60.000
2. EV = €200.000
3. EV = €260.000
4. EV = €460.000

Intrinsieke waarde

Intrinsieke waarde = eigen vermogen

Dus inclusief reserves.

Het eigen vermogen van Y nv is €250.000. Y nv heeft een geplaatst aandelen kapitaal van €150.000 met een nominale waarde van €30 per aandeel. Bereken de intrinsieke waarde per aandeel.

Zelf aan de slag

Lees paragraaf 17.3 en 17.4

Maak opgaven 17.12 t/m 17.18

Belang van de opdracht:

Oefenen met het berekenen van de verschillende reserves en de intrinsieke waarde van een aandeel.