Week 40 - les 1: H1 woordenschat

Welkom!


Week 40 - les 1
Woordenschat H1
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!


Week 40 - les 1
Woordenschat H1

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • Terugblik vorige week
  • Doelen van deze week
  • Startopdracht
  • Uitleg theorie
  • Werken aan weektaak

Slide 2 - Tekstslide

Noem één ding wat jij nog weet van vorige week.

Slide 3 - Woordweb

Een nieuwe alinea begin je ALTIJD
A
door de eerste regel te laten inspringen
B
door op een nieuwe regel te beginnen
C
door een witregel te gebruiken
D
door gewoon verder te schrijven

Slide 4 - Quizvraag

Wat doe je als je snel de belangrijkste informatie uit de tekst wilt halen?
A
De tekst helemaal lezen (precies)
B
Globaal lezen
C
Oriënterend lezen

Slide 5 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met het begrip 'deelonderwerp' bijlezen?
A
Waar de alinea over gaat
B
Waar de tekst over gaat
C
Waar de inleiding over gaat

Slide 6 - Quizvraag

Waar vind je de belangrijkste informatie van een alinea?
A
Alleen de eerste zin
B
Alleen de laatste zin
C
De gehele alinea
D
De eerste of de laatste zin

Slide 7 - Quizvraag

Waarvoor wordt een tussenkopje gebruikt?
A
Als meerdere alinea's over hetzelfde deelonderwerp gaan
B
Als iedere alinea over een ander deelonderwerp gaat
C
Omdat de schrijver dit handig vindt

Slide 8 - Quizvraag

Doelen van deze week
  • Je kunt uitleggen wat een woordraadstrategie is.
  • Je kunt uitleggen wat een synoniem is.
  • Je kunt de betekenis van een onbekend woord vinden door een synoniem te zoeken.
  • Je kunt uitleggen hoe je een omschrijving in de tekst zoekt.
  • Je kunt de betekenis van een onbekend woord vinden door een omschrijving te zoeken.
  • Je kent de betekenis van alle woorden en uitdrukkingen uit
    H1 en H2 woordenschat.

Slide 9 - Tekstslide

Welk ander woord kun je bedenken voor vriend?

Slide 10 - Woordweb

Synoniem
Betekenis: ander woord met (ongeveer) dezelfde betekenis.

rennen - hollen; lawaai - herrie; moeilijk - ingewikkeld

Hoe?  1. Kijk of er in dezelfde zin een synoniem staat.
            2. Lees de vorige en de volgende zin.

Slide 11 - Tekstslide

Woordraadstrategie
Betekenis: een manier om achter de betekenis van een moeilijk woord te komen.

woord -> moeilijk woord
raad -> achterhalen
strategie -> een manier / hoe je iets doet

Slide 12 - Tekstslide

Werken aan weektaak
Weektaak: alle opdrachten van H1 en H2 woordenschat

Huiswerk noteren:
Maandag 28 september
Maken: H1 en H2 woordenschat
Leren: blz. 12, 38, 24 en 50

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link