1. Beschrijf een regel die bij jou thuis geldt en een belangrijke rol speelt.
2. Waarom hebben je ouders deze regel? Wat zegt het over wat zij belangrijk vinden?
3. Wat gebeurt er als iemand zich niet aan deze regel houdt?
4. Wat vind je zelf van deze regel?
5. Geef een voorbeeld van iets wat je in je opvoeding hebt meegekregen, dat je ook onder druk van een groep niet zult opgeven.
6. Geef een voorbeeld van iets wat je thuis niet doet, maar in je vriendengroep of in je klas wel.