bijzinnen benoemen

Kan je bijzinnen herkennen?
Elke zin heeft één pv
dus een samengestelde zin heeft 2 pv's
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Kan je bijzinnen herkennen?
Elke zin heeft één pv
dus een samengestelde zin heeft 2 pv's

Slide 1 - Tekstslide

Een samengestelde zin bestaat uit:

een hoofdzin en een hoofdzin
een hoofdzin en een bijzin

een bijzin en een hoofdzin

Slide 2 - Tekstslide

Een hoofdzin:
het onderwerp en de pv staan naast elkaar

Slide 3 - Tekstslide

een bijzin:

het onderwerp en de pv kunnen uit elkaar gehaald worden
makkelijke test: kan je het woordje 'niet' tussen het onderwerp en de pv zetten?

Slide 4 - Tekstslide

even oefenen: zoek de bijzin

Slide 5 - Tekstslide

Nadat mijn hond mijn broekriem opgegeten had, moest hij geopereerd worden.
A
hoofdzin + bijzin
B
hoofdzin + hoofdzin
C
bijzin + hoofdzin
D
enkelvoudige zin

Slide 6 - Quizvraag

wat is de grammaticale functie van de bijzin?

1. zoek de bijzin
2. vervang de bijzin door één woord of groepje woorden
3. ga de zin ontleden, zoals je gewend bent

Slide 7 - Tekstslide

Nadat de hond mijn riem had opgegeten, moest hij geopereerd worden.



Toen moest hij geopereerd worden.

Slide 8 - Tekstslide

/Toen/ moest /hij /geopereerd/ worden./
pv = moest
zinsdelen
wg/ng= moest geopereerd worden
o= hij
lv =
mw=
vzv=
bwb= toen

Slide 9 - Tekstslide

Nadat de hond mijn riem had opgegeten = bwb-bijzin

Slide 10 - Tekstslide

Ik vind het vervelend dat hij me steeds weer belt.



Ik vind dat vervelend.

Slide 11 - Tekstslide

/Ik /vind /dat /vervelend./
pv=vind
zinsdelen
wg/ng= vind
o = ik
lv= dat
mv=
vzv=
bwb = vervelend

Slide 12 - Tekstslide

Ik vind het vervelend dat hij mij steesd belt.
een lv-bijzin

Slide 13 - Tekstslide

Wat hij jou verteld heeft, is een leugen.


Dat is een leugen.

Slide 14 - Tekstslide

/Dat /is/ een leugen./

pv = is
ng = is een leugen
o = dat
lv =
mw =
vzv=
bwb =

Slide 15 - Tekstslide

Wat heb je nu nodig?
A
herhaling van de uitleg
B
oefenen met klasgenoot
C
alleen oefenen
D
niks, ik snap het

Slide 16 - Quizvraag