4.2 De bloedvaten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

	Djano
	Sey
	Chéden
	Keano

	Aneidy
	Kim
	Anouk
	Jahvendrix
	Chabo

	Gaby
	Pavel
	Sara
	Omar

                 bord       en         docent

Pak je boek, je IPad en log alvast in!

Als je op je IPAD werkt, log je ook alvast in bij Malmberg! BVVJ thema 4. 

Vandaag

Absentie

Herhaling vorige les

Nakijken

Doel van deze les

Uitleg

Samen lezen van de tekst

Maken van de opdrachten (huiswerk)

(als we al klaar zijn: nakijken van de opdrachten)

Afsluiten (laatste 5 min) 

Hoofdstuk 4 'De bloedsomloop'

1. Bloed
   
2. De bloedvaten
   
3. De bloedsomloop
   herhaling basisstof 1, 2 en 3
4. Het hart
   
5. De nieren en samenhang
   
6.  Afweer
   Proeftoets en werk controle
7. Toets

Doel vorige les

- Kun je de bestanddelen van bloed noemen met hun functies.

Bloedplasma, bloedcellen (rood en wit), bloedplaatjes

 

Noem een bestandsdeel van bloed met kenmerken en functie

Introductie nieuw thema 

Wat weet jij over je bloedsomloop?

Vragenrondje. Wat vinden ze van het plaatje? Zou de rest van het lijf ook zo zijn...

Bloed bestaat uit: Bloedplasma, bloedplaatjes en bloedcellen.

1. waar
2. niet waar

Wat is de functie van bloedplasma?

1. Het vervoert stoffen
2. Het vervoert zuurstof

Wat is de functie van rode bloedcellen?

1. Ze vangen ziektewekkers
2. Ze vervoeren zuurstof
3. Ze vervoeren stoffen
4. Het zorgt voor bloedstolling

Wat is de functie van witte bloedcellen?

1. Het vervoert stoffen
2. Het vervoert zuurstof
3. Het maakt ziektewekkers onschadelijk
4. Het zorgt voor bloedstolling

Wat is de functie van bloedplaatjes

1. Ze vangen ziektewekkers
2. Ze vervoeren zuurstof
3. Ze vervoeren stoffen
4. Het zorgt voor bloedstolling

Opdracht 1 – 8 blz 172- 178 

Doel deze les

- Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun functies.

Bloed stroomt door bloedvaten naar alle plaatsen in je lichaam. Je hebt verschillende typen bloedvaten. 

• slagaders

• haarvaten

• aders

 

Uitleg basisstof 2 'Bloedvaten'

Bloed stroomt in je lichaam door drie verschillende bloedvaten:

• slagaders

• haarvaten

• aders

Slagaders: 

- Het hart stuurt bloed naar de
slagaders. 
- Dit bloed bevat zuurstofrijk bloed.
(In plaatjes zijn dat de rode vaten)

(Blauw = zuurstof arm)

- Ze liggen diep in het lichaam.  

Haarvaten:

- Slagaders brengen het zuurstofrijke bloed naar de organen. (Lever, darmen, huid enz)

- Bij de organen vertakken de grote slagaders in kleine bloedvaten: de haarvaten.  

- De haarvaten geven zuurstof en
voedingsstoffen aan de organen. 

- De organen geven afvalstoffen aan 
de haarvaten. 

  

Aders:

- Via de haarvaten krijgen de aders
het bloed met de afvalstoffen
(bijv koolstofmonoxide) en
vervoeren dit naar de longen
om daar weer zuurstof te krijgen. 

- In een plaatje aangegeven met
blauw. 

Samen lezen en aan de slag

lezen blz 179 - 184

Malmberg : basisstof 2

Huiswerk: opdracht 1 - 6

begrippenlijst basisstof 2

Haarvaten zorgen voor:

1. ze geven zuurstofarm bloed aan de organen
2. ze geven zuurstofrijk bloed aan de organen

Wat is de functie van slagaders?

1. Ze vervoeren zuurstofrijk bloed van longen naar de rest van je lijf.
2. Ze vervoeren zuurstofarm bloed van longen naar de rest van je lijf.

De longen geven zuurstof af aan de:

1. Slagaders
2. aders
3. haarvaten

De longen krijgen zuurstofarm bloed van de:

1. slagaders
2. aders
3. haarvaten

Welke bloedvaten zijn het grootst en liggen diep in je lichaam?

1. Slagaders
2. aders
3. haarvaten