Inventaris: de spullen in het bedrijf (bijv. meubels/computers)
Debiteuren: Geld dat je nog krijgt van je klanten
Kas: Geld dat cash in het bedrijf zit (kassa)
Bank: Geld dat op je rekening staat
Hypotheek: Geldlening voor je huis
Crediteuren: Geld dat je nog moet betalen aan je leveranciers