Par 3 - Ongelijkheid in arme en rijke landen (TH)

§3 - Ongelijkheid in arme en rijke landen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

§3 - Ongelijkheid in arme en rijke landen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat het verschil is tussen sociale en regionale ongelijkheid.
  • Je kunt de Gini-coëfficiënt gebruiken om sociale ongelijkheid vast te stellen.
  • Je kunt een voorbeeld noemen van sociale ongelijkheid in je eigen omgeving.
  • Je kunt een voorbeeld noemen van regionale ongelijkheid in je eigen omgeving.

Slide 2 - Tekstslide

Sociale ongelijkheid
> BNP zegt iets over gemiddelde van alle inwoners in een land.

> Maar heeft iedereen evenveel?

Slide 3 - Tekstslide

Sociale Ongelijkheid
> Nee, sommige hebben erg veel, andere bijna niets.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Sociale Ongelijkheid
> Sociale ongelijkheid is dus, 

Ongelijkheid in leefomstandigheden 
(welvaart, gezondheid, woonomstandigheden), binnen een groep mensen.



Schoon drinkwater, gezondheidiszorg, onderwijs, woning, etc.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 1
In Silicon Valley, Californië, wonen veel bekende miljonairs. Echter wonen er ook veel mensen op straat. Is hier sprake van sociale ongelijkheid, verklaar je antwoord.

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 2
Naar welke kenmerken kan gekeken worden om te bepalen of er in een gebied sprake is van sociale ongelijkheid ?

Slide 8 - Tekstslide

Formeel & Informeel
> Zwart & Wit,
> Belasting & geen belasting betalen,
> BNP & geen BNP
> Groot of klein produceren




Slide 9 - Tekstslide

Scharreleconomie

  • Werk doen op kleine schaal,
  • Je betaalt geen belasting,
  • Kan: Meerdere kleine beroepen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 3
In welke sector worden de verdiensten uit het werk niet meegerekend in de officiële telling van het BNP?

Slide 13 - Tekstslide

Regionale Ongelijkheid

Slide 14 - Tekstslide

Regionale Ongelijkheid
  • Verschillen in welvaart en welzijn tussen gebieden.
  • Zowel in een land als in een stad.

  • Hoop: Arme mensen trekken richting rijkere gebieden.
  • Ook in rijke landen > London salaris 40% hoger dan omgeving.




Slide 15 - Tekstslide

Bron GB55, Kaart 55H Nederland Inkomens

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 4
Wat is het grote verschil tussen sociale ongelijkheid en regionale ongelijkheid?

Slide 17 - Tekstslide

Beroepsbevolking
> Alle mensen die tegen betaling werken

3 sectoren
- Primair: landbouw, mijnbouw, visserij
- Secundair: industrie, ambacht, bouw
- Tertiair: handel, verkeer, overheidsdiensten, banken en verzekeringen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 5
Als je naar de vorige kaart kijkt. Wat valt je dan op tussen de sector waarin mensen werken en het inkomen in het land?

Slide 20 - Tekstslide

Actie
- Beantwoord de 5 opdrachten uit het filmpje. Stuur de antwoorden naar je docent.

- Lezen §3

- Maken opdrachten in je werkboek

- Werken aan je weektaak

Slide 21 - Tekstslide