In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Ongelijkheid in arme en rijke landen
1.3 deel 1
Slide 1 - Tekstslide
Wat zijn 2 nadelen van BNP/hoofd
Slide 2 - Tekstslide
1. Voor 1 dollar kan je in het ene land meer kopen dan in het andere. Daarom is de koopkracht pariteit bedacht → omgerekend aantal goederen of diensten in een land voor 1 dollar.
2. Informele sector telt niet mee voor de economie, in arme landen is deze groter dan de formele sector.
3. Het BNP is een gemiddelde, afwijkingen daarvan kunnen heel groot zijn. Er kan sprake zijn van sociale ongelijkheid, grootste verschillen zitten in de semiperiferie groep.
4. Het BNP laat geen regionale verschillen zien, er kan sprake zijn van regionale ongelijkheid.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een krottenwijk
A
Rijke stad
B
Wijk met huizen van slechte materialen
C
Mooie woonwijk met bedrijven
D
Arme landen
Slide 4 - Quizvraag
Krottenwijken passen het meest bij deze steden......
A
steden in arme landen
B
steden in rijke landen
Slide 5 - Quizvraag
Wat zijn de 5 basisbehoeften?
A
voeding, onderdak, verzekering, vakantie, zwemmen
B
vervoer, onderwijs, voeding, kleding, transport
C
onderdak, voeding, kleding, gezondheidszorg en onderwijs