Emir Oesama heeft twee verschillende ervaringen met de ‘Franken’:
• de pas uit West-Europa aangekomen ‘Frank’ stelt zich onverdraagzaam op als hij ziet dat de emir bidt in de ‘verkeerde’ richting 1
• de tempelieren bieden de emir hun bidvertrek aan als plaats om te bidden en beschermen hem 1
• Hieruit kun je afleiden dat de verhouding tussen beide religies goed is, want de emir is bevriend met de tempeliers/mag in hun bidvertrek bidden / wordt door hen in bescherming genomen / de christenen hebben een eigen bidvertrek in de moskee 1
• De bron is bruikbaar om deze conclusie te trekken, want de emir beschrijft zijn eigen ervaringen / hij is zelf islamiet 1
• maar aan de andere kant is de bron niet representatief voor de verhouding tussen islamieten en christenen in het algemeen, omdat de emir een Arabisch vorst/edelman is, die door de tempeliers als een gelijke beschouwd wordt / het over één geval gaat / het alleen de contacten tussen hoge edelen beschrijft 1