Wat weet je nog van formules, grafieken, verbanden en tabellen.
1 / 28
volgende
Slide 1: Woordweb
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
timer
1:30
Wat weet je nog van formules, grafieken, verbanden en tabellen.
Slide 1 - Woordweb
Grafieken en vergelijkingen
H9
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
- je kent de kenmerken van een assenstelsel
- je kan een som- en verschilformule berekenen
-je kan een som- en verschilgrafiek tekenen
Slide 3 - Tekstslide
Let op:
-Iedereen: Eerst paragraaf 1, daarna parafraaf 3 en dan 5
-Leeuwen: krijgen printjes met andere sommen
-Panters: door met paragraaf 2 en 4
Slide 4 - Tekstslide
Kenmerken assenstelsel
-Horizontale as
-Verticale as
-Oorsprong
-Variabele langs beide assen
- juiste stapgrootte kiezen
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Wat is een scheurlijn?
Uitleg assenstelsen met datum: PPP.
Slide 7 - Tekstslide
Oefenen
Maken: vanaf blz 174
opg. 1, 2, 3, 7,
timer
7:00
Slide 8 - Tekstslide
In het assenstelsel is er iets mis. Wat?
A
de horizontale as is niet regelmatig
B
er is geen scheurlijn
C
de letters bij de assen moeten worden gewisseld
D
de verticale as is niet regelmatig
Slide 9 - Quizvraag
In het assenstelsel is er iets mis. Wat?
A
de horizontale as is niet regelmatig
B
er is geen scheurlijn
C
de letters bij de assen moeten worden gewisseld
D
de verticale as is niet regelmatig
Slide 10 - Quizvraag
Welke datum hoort bij t=4 schrijf de datum op!
timer
1:00
Slide 11 - Open vraag
Welke datum hoort bij t=10 schrijf de datum op!
timer
1:00
Slide 12 - Open vraag
Welke datum hoort bij t=-2 schrijf de datum op!
timer
1:00
Slide 13 - Open vraag
Welke datum hoort bij t=16 schrijf de datum op!
Slide 14 - Open vraag
9.3 Som- en verschilgrafiek
-je weet het verschil tussen som en verschil
-je kan de formules opschrijven
-je kan met de nieuwe formules rekenen
-je kan de grafieken tekenen bij de formule
Slide 15 - Tekstslide
Somformule en verschilformule
Som betekentoptellen
Verschil betekent aftrekken
ppp
Slide 16 - Tekstslide
Voorbeeld
Electrische fiets: huurprijs in euro = 25 + 12,50a
Gewone fiets:huurprijs is euro = 15 + 7,50a
a : aantal dagen
Als Peter beide fietsen huurt moeten we dan de som of het verschil gebruiken?
Slide 17 - Tekstslide
Somformule
Huurpijs in euro = 25 + 12,50 a
Huurprijs in euro = 15 + 7,50 a +
_____________________________________
Somformule:Huurprijs in euro = 40 + 20,00 a
Slide 18 - Tekstslide
Meneer de Bruin gaat met zijn familie op vakantie. Daar kunnen ze twee soorten huisjes huren. Bij de huurprijzen horen de volgende formules: Type A: huurprijs in€= 25 + 30a Type B: huurprijs in€= 20 + 35a De familie gaat beide huisjes huren. Welke formule hoort daarbij?
Slide 19 - Open vraag
Meneer de Bruin gaat met zijn familie op vakantie. Daar kunnen ze twee soorten huisjes huren. Bij de huurprijzen horen de volgende formules: Type A: huurprijs in€= 25 + 30a Type B: huurprijs in€= 20 + 35a Hoeveel zijn ze kwijt als ze de huisjes 7 nachten huren? Denk aan de somformule: huurprijs in€= 45 + 65a
Slide 20 - Open vraag
Familie Braaf gaat op vakantie naar Bali. Daar kunnen ze twee soorten huisjes huren. Bij de huurprijzen horen de volgende formules: Type A: huurprijs in€= 85 + 40a Type B: huurprijs in€= 60 + 45a Geef de verschilfomule A - B
Slide 21 - Open vraag
Oefenen
Maken vanaf blz. 187 opg 26, 27, 28 en 33
timer
10:00
Slide 22 - Tekstslide
Grafieken tekenen
Slide 23 - Tekstslide
9.5 Inklemmen
Gokken - inschatten - raden
PPP
Slide 24 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het eind van de les begrijp je hoe je een vergelijking moet oplossen door inklemmen.
Slide 25 - Tekstslide
Oplossen met inklemmen
Afspraken bij oplossen met inklemmen
Maak eerst de vergelijking
Gebruik een tabel
Vul minstens 3 waarden in de tabel en in de formule
Schrijf het antwoord op de vraag
Slide 26 - Tekstslide
Let op!
Leeuwen: paragraaf 5.4: Blz. 21 Opg. 22 t/m 27
Panters paragraaf 9.5: Blz. 195 opg. 45 t/m 47 en 50, 53 en 54