Lezen uit Walewein en Keye
Na een lange reis rust Walewein uit in de burcht van een vorst. Hij gaat met de zoon van de vorst naar een kerkmis. Daar hoort hij een hertog opscheppen, de hertog vertelt dat hij zeker weet dat er niemand zo'n voortreffelijke, knappe, dappere, onverschrokken en volmaakte ridder is als hij. Walewein antwoordt hem dat hij betere ridders kent en wil hem het tegendeel bewijzen. Hoe dat eraan toe gaat in de Arturepiek, ga je nu lezen in bijlage 1!