In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
hoe heb je je thuis al voorbereid op de toets...
A
nog niet
B
een samenvatting gemaakt
C
een samenvatting gemaakt en geleerd
D
al wat door gekeken
Slide 1 - Quizvraag
Slide 2 - Tekstslide
welk aardrijkskundig begrip hoort bij deze grafiek (hoe heet deze grafiek?)
A
ecologische voetafdruk
B
stortbuien
C
waterbalans
D
piekafvoer
Slide 3 - Quizvraag
gewassen verbouwen voor de verkoop zijn:
A
handelsgewassen
B
voedselgewassen
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Dit vlakke gebied ligt in de regenschaduw van de gebergten. Het gebied heeft een mediterraan klimaat. Boeren verbouwen er citrusfruit (sinaasappelen, perziken), rijst en groenten
A
Alaska
B
Central Valley
C
kustvlakte
D
Great Plains
Slide 7 - Quizvraag
De waterbalans in dit gebied is erg ongunstig: er valt weinig neerslag, terwijl er veel verdampt. De neerslag is hier dus erg onbetrouwbaar. Akkerbouw is alleen mogelijk met behulp van irrigatiewater
A
Alaska
B
Central Valley
C
kustvlakte
D
Great Plains
Slide 8 - Quizvraag
hier is weinig landbouw mogelijk omdat het te koud is groot deel van dit gebied is toendra
A
Alaska
B
Central Valley
C
kustvlakte
D
Great Plains
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
welk klimaat heeft Hawaii
Slide 11 - Open vraag
Welke klimaatfactor is het meest bepalend voor het klimaat in Hawaii
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Deze klimaatgrafiek hoort bij:
A
seattle (gematigd zee klimaat)
B
Alaska (toendraklimaat)
C
Minneapolis (landklimaat)
D
Miami (tropisch savanne)
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Deze klimaatgrafiek hoort bij:
A
seattle (gematigd zee klimaat)
B
Alaska (toendraklimaat)
C
Minneapolis (landklimaat)
D
Miami (tropisch savanne)
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Deze klimaatgrafiek hoort bij:
A
seattle (gematigd zee klimaat)
B
Alaska (toendraklimaat)
C
Minneapolis (landklimaat)
D
Miami (tropisch savanne)
Slide 18 - Quizvraag
Leg uit waarom New York terwijl het aan zee ligt toch een landklimaat heeft:
Slide 19 - Open vraag
Bij seattle heerst voornamelijk ................................... wind
A
aanlandige
B
aflandige
Slide 20 - Quizvraag
de aanlandige zeewind bij Seattle zorgt ervoor dat het in de winter niet zo koud is en in de zomer niet zo warm wordt..
A
goed
B
fout
Slide 21 - Quizvraag
17◦C
0◦C
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Hoe wordt deze vorm van energie ook wel genoemd:
Slide 24 - Open vraag
Noem 2 nadelen van duurzame/groene energie
Slide 25 - Open vraag
Wanneer kunnen we regen verwachten?
A
Lage luchtdruk
B
Hoge luchtdruk
Slide 26 - Quizvraag
Wat zijn uitsluitend begrippen die bij een hogedrukgebied horen?
A
Minimum, depressie, hoge bewolkingsgraad
B
Minimum, hoge neerslagintensiteit en hoge bewolkingsgraad
C
Maximum, lage neerslagintensiteit, lage bewolkingsgraad
D
Maximum, hoge bewolkingsgraad, depressie
Slide 27 - Quizvraag
waar meet je de luchtdruk mee
A
barometer
B
thermometer
C
hydrometer
Slide 28 - Quizvraag
Wanneer waait de wind het hardst?
A
Bij een hoge drukgebied
B
Bij een lage drukgebied
C
Als isobaren dicht bij elkaar staan
D
Als isobaren ver van elkaar staan
Slide 29 - Quizvraag
Slide 30 - Tekstslide
Hoe heet deze vorm van neerslag en waar komt deze voor in de VS (midden, kust, zuiden)
Slide 31 - Open vraag
Slide 32 - Tekstslide
Hoe heet deze vorm van neerslag en waar komt deze voor in de VS (midden, kust, zuiden)
Slide 33 - Open vraag
Slide 34 - Tekstslide
feedlots gebruiken enorm veel grondwater om een kilo vlees te produceren dit is duurzaam.
A
goed
B
fout
Slide 35 - Quizvraag
Rivieren in droge gebieden worden gebruikt als drinkwater voorziening, voor de industrie en als .....................water voor de landbouw