hoofdstuk 4.2 + 4.3

• Economie
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Welke productiefactor zie je op de foto?

1. Kapitaal
2. Natuur
3. Arbeid
4. Gebouw

Welke productiefactor zie je op de foto?

Welke productiefactor zie je op de foto?

Anne verkoopt voor €575 aan brood, de kosten hiervan zijn € 235. Hoeveel euro winst maakt Anne?
(schrijf het antwoord met een €)

Concurrenten zijn bedrijven die dezelfde soort
producten maken of dezelfde diensten leveren.
Noem een voorbeeld van concurrenten.

Als de kosten van een bedrijf hoger zijn dan de opbrengsten maakt een bedrijf verlies.

Juist

Onjuist

Hoofdstuk 4.3

Kan het sneller en beter?

Technologische ontwikkeling = nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen

Mechanisatie = als een machine het zware werk van mensen overneemt.

Automatisering = als computers en computerprogramma's de productie aansturen.

Hoe meer mechanisering en automatisering hoe sneller het produceren gaat. Daardoor zakken de productiekosten.

Arbeidsproductiviteit = de hoeveelheid producten die een werknemer kan maken in een bepaalde tijd.

Hoe hoger de arbeidsproductiviteit hoe lager de productiekosten.

Afschrijving = de jaarlijkse waardevermindering van een kapitaalgoed.

Elk jaar zakt de waarde van een kapitaalgoed omdat ze veel gebruikt worden.

Afschrijving per jaar = aanschafprijs : aantal gebruiksjaren

Afschrijving per jaar = aanschafprijs : aantal gebruiksjaren

Mieke koopt een computer voor op haar kantoor, deze kost €750 en gaat 5 jaar mee. Wat zijn de afschrijvingen per jaar?

Maken opdrachten van hoofdstuk 4.3

 

Bladzijde 106 t/m 109

Opdracht 35 t/m 49

(dit is ook huiswerk voor de volgende les)