In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 5
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
Slide 1 - Tekstslide
1. Lesopening
Pak je boek en schrift van Nederlands, laat het nog even dicht.
Slide 2 - Tekstslide
2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
Voorbeeld: als er staat schrijf de zin over, doe je dat.
Slide 3 - Tekstslide
Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie.
Namen lln
- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag.
Namen lln
- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten.
Namen lln
Slide 4 - Tekstslide
3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je het tekstdoel benoemen.
- kun je het tekstdoel overtuigen en dit koppelen aan de vorm en soort.
Slide 5 - Tekstslide
Verdiept arrangement:
Namen lln.
Huiswerk noteren + maken:
Les: 5.14
blz.: 209 t/m 210
opdr.: 33
Slide 6 - Tekstslide
Mini-check
Wat weet je al van het lesdoel?
Slide 7 - Tekstslide
Welk tekstdoel hoort bij deze omschrijving: de lezer redenen geven waarom de mening van de schrijver juist is.
Slide 8 - Open vraag
Geef een tekstvorm bij het tekstdoel overtuigen.
Slide 9 - Open vraag
Welk tekstsoort hoort bij het tekstdoel overtuigen?
Slide 10 - Open vraag
Wie maakt wat:
3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 5.14, opdr. 33, blz. 509 t/m 510.
De rest doet mee met de instructie.
Slide 11 - Tekstslide
4 Instructie
Je hebt tot nu toe vier tekstdoelen geleerd:
informeren
amuseren
overhalen
uitleg geven
Nu komt er een vijfde tekstdoel bij. Als de schrijver van een tekst zijn mening geeft en vertelt waarom hij dit vindt, is het tekstdoel overtuigen.
Slide 12 - Tekstslide
Instructie
Een tekst waarin de schrijver zijn mening geeft over bijvoorbeeld een concert, boek of film, wordt een recensie genoemd. Recensies staan in kranten en tijdschriften. Op internet worden recensies ook wel reviews genoemd.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
0
Slide 15 - Video
5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 5.14, blz. 209 t/m 210, opdr. 33.
Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Namen lln --> kom aan de instructietafel zitten.
Dan gaan we samen aan de slag.
Slide 16 - Tekstslide
6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt :
V: les 5.14, blz. 209 t/m 210, opdr. 33 --> Namen lln
B: les 5.14, blz. 209 t/m 210, opdr. 33 --> Namen lln I: les 5.14, blz. 209 t/m 210, opdr. 33 --> Namen lln
Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig.
2. Huiswerk ander vak afmaken.
3. Leren toets/lezen/Woordzoeker.
timer
30:00
Slide 17 - Tekstslide
7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
Evaluatie lesdoelen; --> quiz mee!
Slide 18 - Tekstslide
Wat lees je niet als je de leesstrategie 'verkennend lezen' gebruikt?
A
inleiding
B
titel
C
slot
D
bron
Slide 19 - Quizvraag
Welk tekstdoel hoort bij een stripverhaal?
A
informeren
B
amuseren
C
overhalen
D
uitleg geven
Slide 20 - Quizvraag
Welk doel heeft een tekst bij het tekstdoel 'overhalen'?
A
de lezer iets nieuws vertellen
B
de lezer vermaken
C
de lezen aansporen iets te gaan doen
D
de lezer uitleggen hoe iets in elkaar zit of werkt