Paragraaf 8.4

Paragraaf 8.4 Afvalstoffen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 8.4 Afvalstoffen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Je kunt de werking van de lever uitleggen.
  3. Je kunt de werking van de nieren uitleggen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe een kunstnier werkt. 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Je kunt de werking van de lever uitleggen.
  3. Je kunt de werking van de nieren uitleggen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe een kunstnier werkt. 

Slide 3 - Tekstslide

Uitscheidingsorganen
Door verbranding en andere processen in het lichaam ontstaan afvalstoffen. 

De afvalstoffen komen in het bloed terecht.
Het bloed verandert daardoor de hele tijd van samenstelling.

Het lichaam wil het liefst de samenstelling van het bloed zoveel mogelijk gelijk (constant) houden. De uitscheidingsorganen helpen hierbij 

Slide 4 - Tekstslide

Welke afvalstoffen komen vrij bij verbranding?

Slide 5 - Open vraag

Pietertje rent een rondje in het park. 's Avonds zit hij Netflix te kijken op de bank. Wanneer komen er meer afvalstoffen van verbranding vrij?
A
Als Pietertje een rondje rent
B
Als Pietertje thuis op de bank netflix zit te kijken.

Slide 6 - Quizvraag

Welk uitscheidingsorgaan zorgt ervoor dat koolstofdioxide ons lichaam kan verlaten?
A
Lever
B
Huid
C
Nieren
D
Longen

Slide 7 - Quizvraag

Via welke drie organen raakt het lichaam water kwijt?
A
Hart, longen, darmen
B
Longen, huid, nieren
C
Nieren, darmen, longen
D
Lever, nieren, longen.

Slide 8 - Quizvraag

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Je kunt de werking van de lever uitleggen.
  3. Je kunt de werking van de nieren uitleggen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe een kunstnier werkt. 

Slide 9 - Tekstslide

Welke taken heeft de lever.
1. De lever zorgt voor afbreken en omzetten van stoffen.

2. De lever maakt stoffen.

3. De lever slaat stoffen op. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

1. Omzetten en afbreken van stoffen 
1. Giftige stoffen afbreken, zoals alcohol en medicijnen en omzetten in onschadelijke stoffen. 
2. Overtollige eiwitten afbreken, daarbij ontstaat ureum ==> nieren
3. 'Versleten' rode bloedcellen afbreken. Ijzer uit de hemoglobine opslaan en de rest uit het lichaam verwijderen. 

Slide 13 - Tekstslide

Welke stoffen breekt de lever af?

Slide 14 - Woordweb

2. Het maken van stoffen 

Slide 15 - Tekstslide

Wat is de functie van gal?

Slide 16 - Open vraag

Waarom kan een te hoog cholesterol-gehalte gevaarlijk zijn?
[Heb je geen idee? Check Par 8.2!]

Slide 17 - Open vraag

3. Het opslaan van stoffen 
1. De lever slaat glucose op in de vorm van glycogeen.
2. De lever slaat vitaminen A en D op. 

Slide 18 - Tekstslide

Welk hormoon gemaakt door de alvleesklier zorgt dat glucose kan worden opgeslagen in de vorm van glycogeen.
A
Adrenaline
B
Insuline
C
Glucagon

Slide 19 - Quizvraag

Waar krijgt de lever bloed vandaan?
1. Leverslagader
Brengt zuurstofrijk bloed naar de lever. 

2. Poortader
De poortader, brengt zuurstofarm bloed, maar rijk aan voedingsstoffen naar de lever.

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Je kunt de werking van de lever uitleggen.
  3. Je kunt de werking van de nieren uitleggen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe een kunstnier werkt. 

Slide 21 - Tekstslide

Nieren
1. Het lichaam heeft 2 nieren.
2. De nieren liggen aan de achterzijde in de buikholte.
3. 2 urineleiders verbinden de nieren met de urineblaas.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Wat filteren nieren uit het bloed?
1. Afbraakproducten van de lever. Wat was dat ook al weer?
2. Overtollige stoffen, dus stoffen waar je er teveel van hebt in het lichaam; bijvoorbeeld water, zouten en zelfs sommige vitaminen.
3. Overbodige stoffen, stoffen die je lichaam niet nodig heeft, zoals kleurstoffen. 

Slide 24 - Tekstslide

Hoeveel liter urine ontstaat er per dag in jouw nieren?
A
0.5 liter
B
1 liter
C
1.5 liter
D
2.0 liter

Slide 25 - Quizvraag

Hoe gaat de nier te werk?
1. Via de nierslagaders komt er bloed met afvalstoffen de nier binnen.
2. In de nierschors zitten miljoenen filtertjes, deze halen de afvalstoffen uit het bloed. 
3. Het niermerg bevat buisjes, die de afvalstoffen met water opvangen ==> = urine
4. De urine gaat via het nierbekken en de urineleiders naar de urineblaas. 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Je kunt de werking van de lever uitleggen.
  3. Je kunt de werking van de nieren uitleggen. 
  4. Je kunt uitleggen hoe een kunstnier werkt. 

Slide 28 - Tekstslide

Bloed laten zuiveren door een kunstnier heet dialyseren.

Slide 29 - Tekstslide